Verhaalsommen drop

Rekenen
Vandaag gaan we rekenen met drop!
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Rekenen
Vandaag gaan we rekenen met drop!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo


Mama vraagt of jij 25 dropjes wil scheppen in de winkel.
Je hebt er nu 20.
Hoeveel moeten er nog bij?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 3 - Quiz


Joost heeft 12 dropjes gekocht.
Hij heeft er 6 opgegeten.
Hoeveel dropjes zijn er nog over?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 4 - Quiz


Suzan mag om 14:00 uur een dropje.
Het is nu 12:00 uur.
Hoelang moet Suzan nog wachten?
A
een kwartier
B
een half uur
C
een uur
D
twee uur

Slide 5 - Quiz

Willem koopt dropjes voor zijn klas.
Er zitten 5 kinderen in de klas.
Iedereen krijgt 2 dropjes.
Hoeveel dropjes moet Willem kopen?
A
5
B
7
C
8
D
10

Slide 6 - Quiz


In 1 dropje zit 5 gram suiker.
Noor eet 2 dropjes.
Hoeveel gram suiker heeft Noor gegeten?
A
5 gram
B
10 gram
C
15 gram
D
20 gram

Slide 7 - Quiz


In 1 dropje zit 5 gram suiker.
Noor eet nu 4 dropjes.
Hoeveel gram suiker heeft Noor gegeten?
A
10 gram
B
15 gram
C
30 gram
D
20 gram

Slide 8 - Quiz


Er passen 7 dropjes in je hand.
Hoeveel dropjes kan je met 2 handen vasthouden?

Slide 9 - Question ouverte

Er passen 5 dropjes in 1 hand.
Je hebt 2 handen.
Er passen ook nog eens 3 dropjes in je mond.
Hoeveel dropjes kan je in totaal vasthouden?

Slide 10 - Question ouverte

Saar eet 2 dropjes per dag.
Hoeveel dopjes eet Saar in een week?

(In een week zitten 7 dagen)

Slide 11 - Question ouverte


In een zak drop past 250 ...... drop
A
kilo
B
gram

Slide 12 - Quiz

Justin mag om half vijf een dropje.
Het is nu elf uur.
Hoelang moet Justin nog wachten?
A
5 uur
B
5 en een half uur
C
6 uur
D
6 en een half uur

Slide 13 - Quiz


In de winkel verkopen ze 2 zakjes drop per dag.
Hoeveel zakjes verkopen ze per week?
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 14 - Quiz