Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Lengtematen omrekenen.
Slide 1 - Diapositive
Het doel van deze les
Ik ken de lengtematen
Slide 2 - Diapositive
Welke lengtematen bestaan er?
Slide 3 - Diapositive
Kilometer
1 kilometer is evenveel als 1000 meter.
10 voetbalvelden in de lengte naast elkaar zijn evenveel als 1 kilometer.
In 1 kilometer zitten 10 hectometers.
Slide 4 - Diapositive
Hectometer
1 hectometer is evenveel als 100 meter.
1 voetbalveld in de lengte is evenveel als 1 hectometer.
Hectometerpaaltje langs de snelweg.
Slide 5 - Diapositive
Decameter
1 decameter is evenveel als 10 meter.
1 bus is 1 decameter.
Ik denk dat ongeveer 8 kinderen 1 decameter is.
Slide 6 - Diapositive
Meter
1 meter is 100 centimeter.
1 grote stap is 1 meter.
In 1 kilometer zitten 1000 meter.
Slide 7 - Diapositive
Decimeter
1 decimeter is evenveel als 10 centimeter.
In 1 meter zitten 10 decimeters want 10x10=100.
Een lijmstift is ongeveer 1 decimeter.
Slide 8 - Diapositive
Centimeter
1 centimeter is 10 millimeter.
1 kilometer is 100.000 centimeter.
Mijn meetlint is 150 centimeter.
Slide 9 - Diapositive
Millimeter
Op een liniaal staan allemaal kleine streepjes.
Millimeters zijn heel erg klein en moet je goed voor kijken.
1 mier is 1 millimeter.
Slide 10 - Diapositive
Kan het dametje met de centimetersmeten?
Slide 11 - Diapositive
Opdracht
- Pak een atlas
- Kies een kaart van Nederland - Wat is de lengte van Nederland in centimeters? (Meet dit met een liniaal) - Hoe breed is dat stuk van Nederland in het echt? - Hoe heb je het antwoord gevonden?