1. cultuur en identiteit

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Vandaag:

- Wat gaan we dit jaar doen?

- Bestaat er een Nederlandse identiteit? 

- Opdrachten maken

Lesboeken:

Pluriforme samenleving: tentamen.

Werk: praktische opdracht

Media: tentamen en examenstof.

Politiek: twee tentamens en examenstof.

Criminaliteit: tentamen en examenstof.

 

Je mag schrijven in de boeken

Markeer met een gele stift belangrijke onderdelen in de tekst! Je moet namelijk veel uit je hoofd leren.

Elk hoofdstuk heeft een begrippenlijst en samenvatting die je zelf in kunt vullen: zie bijvoorbeeld blz. 14 en 15.

 

Leerdoel

Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat een pluriforme samenleving is en hoe deze in Nederland zichtbaar is. 

Pluriforme samenleving

Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat een pluriforme samenleving is en hoe deze in Nederland zichtbaar is. 

''Pluriform betekent veelvormig of divers. Een pluriforme samenleving is een samenleving waarin mensen leven met verschillende culturen, tradities en leefstijlen. Een typisch cultuurkenmerk is religie. Nederland kent veel religieuze stromingen.''

''Pluriform betekent veelvormig of divers. Een pluriforme samenleving is een samenleving waarin mensen leven met verschillende culturen, tradities en leefstijlen. ''

Wat is volgens jou typisch Nederlands?

Wat is cultuur?  

Alle waarden, normen en aangeleerde kenmerken van een groep.

Verschillende culturen

Nederland is een multicultureel land met vele culturen. Die verdelen wij onder in:

1. Dominante cultuur
   
2. Subculturen

Dominante cultuur

• De normen, waarden en gewoonten van de meeste mensen in een land
  

• Bijvoorbeeld: de intocht van Sinterklaas of 's avonds rond zes uur warm eten

• Maar ook: vrijheid van meningsuiting en gelijke behandeling van vrouwen

Subculturen

• Een subcultuur is de cultuur van een kleine groep binnen de samenleving, bijvoorbeeld door: muzieksmaak, land van herkomst, werk of geloof

• Je gedraagt je volgens deze normen, waarden en gewoonten

• Je hoort meestal niet bij één subcultuur

Welke subculturen ken je?

Cultuurverschillen door:

- Stad en platteland

- Inkomen en maatschappelijke positie

- Afkomst

- Leeftijd

- Mannen en vrouwen

- Godsdienst

Je behoort nooit tot maar één subcultuur! 

Komt discriminatie naar subculturen voor in Nederland?

Ja

Nee

Identiteit

Wie ben ik?

Wie wil ik zijn?

Hoe denk je dat anderen jou zien?

Wie jij bent wordt bepaald door drie dingen:

1. Socialisatie en internalisatie

Socialisatie: het aanleren van de cultuurkenmerken van een groep of samenleving. Bijvoorbeeld?

Internalisatie: aangeleerde waarden, normen en gewoonten zijn een automatisch deel van je gedrag geworden. Bijvoorbeeld?  

 

Hoe jij wordt / wie je bent wordt bepaald door drie dingen:

2. Identificatie: je wilt op iemand lijken en je neemt het gedrag van die persoon over.

  

 

Hoe jij wordt / wie je bent wordt bepaald door drie dingen:

3. Karakter en ervaringen

Karakter: denk aan aangeboren kenmerken (druk, rustig, lief, et.)

Ervaringen: welke ervaring heeft jouw leven veranderd? 

 

Vandaag:

- Wat is de persoonlijke en groepsidentiteit?

- Opdrachten maken

- Filmpje kijken

Persoonlijke identiteit

Deze is voor iedereen uniek en je het is een optelsom van allerlei kenmerken en eigenschappen.

Wie ben jij? 

Groepsidentiteit : 

Je voelt je verbonden met een bepaalde groep mensen, omdat je dezelfde kenmerken of gewoonten hebt.

Wel of geen groepsidentiteit?

''Ik ben een Fries''

"Ik ben eigenwijs"

''Ik ben katholiek''

"Ik ben Ajaxied"

"Ik ben muzikaal"

Saamhorigheid

Wij-gevoel: het gevoel dat je bij elkaar hoort. 

Bijvoorbeeld?

Wat kan een nadeel van het wij-gevoel zijn?

Begrippen uit deze les

• Persoonlijke identiteit
• Groepsidentiteit
• Saamhorigheid

Kies en maak één taak:

1. Lezen blz. 6, 7, 8 en 9. Onderstreep of arceer de hoofdzaken.

2. Maken blz. 10, 11, 12 en 13.

3. Maak de samenvattingsopdracht op blz. 14 en 15.

Klaar? Nakijken met het antwoordenboek.

Laatste 10 minuten: filmpje kijken.