MYP1 II maandag 20 november

MYP1 II
maandag 20 november
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2BasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

MYP1 II
maandag 20 november

Slide 1 - Diapositive

Inhoud
Kring
Quiz
Dictee
Sinterklaasjournaal




Slide 2 - Diapositive

Kring
Wie houdt het meest van slapen?


+                                                                      -

Slide 3 - Diapositive

In kring

Slapen
Summative spreken
schrijven
Alfabetboek

Slide 4 - Diapositive

Verschil tussen spreken en schrijven:

Slide 5 - Carte mentale

1 roos
A
2 roosen
B
2 rosen
C
2 rozen

Slide 6 - Quiz

schrijven
_________ jij?
A
schrijv
B
schrijf
C
schrijvt
D
schrijft

Slide 7 - Quiz

Schrijven
Hij .......................... een woord.
A
schrijven
B
schrijft
C
schrijf
D
schrift

Slide 8 - Quiz

schrijven

Zij heeft een hele tekst ....
A
geschrijven
B
geschreven

Slide 9 - Quiz

Ik steek het licht aan
A
omdat wil ik lezen een boek.
B
omdat ik wil lezen een boek
C
omdat ik een boek wil lezen

Slide 10 - Quiz

Ik ben te laat
A
omdat mijn fiets was stuk
B
omdat mijn fiets stuk was
C
omdat stuk mijn fiets was

Slide 11 - Quiz

Hij heeft me verteld dat
A
hij goed kan zwemmen.
B
hij kan goed zwemmen.
C
hij zwemmen kan goed.

Slide 12 - Quiz

Ik voorspel dat


A
wordt het morgen heel koud.
B
het wordt morgen heel koud.
C
het morgen heel koud wordt.

Slide 13 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord
A
Noun
B
Adjective
C
Verb

Slide 14 - Quiz

Zelfstandig naamwoord
A
Noun
B
Adjectiev
C
Verb

Slide 15 - Quiz

kring
A
circle
B
ring
C
crown
D
society

Slide 16 - Quiz

Dieuwertje Blok
A
Jeugdjournaal
B
Klokhuis
C
Sinterklaasjournaal

Slide 17 - Quiz

Gorkum
A
Gorinchem
B
Gorkum
C
Gorinkem
D
Gorinjam

Slide 18 - Quiz

Overtreffende trap
mooi   ....       .....


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Lien

Criterion D, schrijven
Dictee

Slide 21 - Diapositive

Daar wordt aan de deur geklopt,
hard geklopt, zacht geklopt.
Daar wordt aan de deur geklopt.
Wie zou dat zijn?
Wees maar gerust, mijn kind.
Het is de goede Sint.
Hij is hier voor jou en mij.
Kom er maar bij!

Slide 22 - Diapositive

Oefenen schrijven
Schrijf over iets dat je in het weekend hebt gedaan.
Een kleine gebeurtenis bestaat niet.

Slide 23 - Diapositive

Haal een Nederlands leesboek uit de bibliotheek

Slide 24 - Diapositive