Technische tekening

Hoe lees ik een technische tekening
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
STEMSecundair onderwijs

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Hoe lees ik een technische tekening

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanzichten
Van technische producten wordt vaak een tekening gemaakt. 
Hierbij wordt gebruik gemaakt van aanzichten
Er zijn 6 aanzichten, waarvan er meestal 3 worden gebruikt.

Vooraanzicht, bovenaanzicht en (rechter)zijaanzicht.
De aanzichten hebben een vaste plaats. 

Het bovenaanzicht staat recht boven het vooraanzicht. En het zijaanzicht staat naast het vooraanzicht.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende aanzichten

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanzichten
  1. Bij een aanzicht zie je maar 1 kant.
  2. Bij een aanzicht zie je GEEN diepte.
  3. Bijna altijd heb je een vooraanzicht, een rechterzijaanzicht en een bovenaanzicht.

  4. Overige aanzichten: achteraanzicht, linkerzijaanzicht, onderaanzicht

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef de aanzichten de juiste naam.
Zijaanzicht
Bovenaanzicht
Vooraanzicht

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de aanzichten naar de juiste plaats
Boven
Voor
Zij

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de aanzichten op de juiste plaats.

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is werken op schaal?
Tekenen in verhouding.
Schaal 1:100 = 1 mm in tekening is 100mm in het echt
op de tekening is alles kleiner dan in het echt.

Schaal moet op de tekening staan.

Bij technisch tekenen dus bij Techniek zijn alle maten in millimeter (mm)

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekenen op schaal
Als je iets op schaal tekent, dan deel je alle afmetingen in de werkelijkheid door de schaal die je gaat tekenen.       
Voorbeeld
Mijn bureaublad  is 1600 mm lang en 900 mm breed.
Ik teken het blad na op schaal 1 : 200
De maten op de tekening zijn:
lengte = 1600 : 200 = 80 mm    en     breedte = 900 : 200 = 45 mm
Je tekent: 80 : 10 = 8 cm  en 45 : 10 = 4,5 cm

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maten in een technische tekening zijn altijd in .........?
A
kilometers
B
millimeters
C
centimeters
D
decimeters

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Schaal 1:50 wil zeggen dat 1 mm in de tekening in werkelijkheid 5 mm is.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent de schaal 1:25
A
de maten zijn even groot
B
de maten op tekening zijn 25x zo klein
C
De maten op tekening zijn 25x zo groot

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de schaal als een technische tekening is getekend op ware grootte?
A
schaal 0
B
geen schaal
C
schaal 1
D
schaal 1 : 1

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Technische tekening
In een technische tekening worden ook maten aangegeven. 
De maten in millimeters

2 soorten lijnen:
Maatlijnen: Maatlijnen hebben altijd pijltjes aan het einde. Bij de lijnen staan getallen.
Hulplijnen: dunne lijnen die helpen bij tekenen.


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het verschil in betekenis van de maatlijn en grenslijn
Hulplijnen

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Maatlijnen worden altijd van klein naar groot weergegeven en komen aan de buitenranden van de tekening te staan. Dus als het ware om de tekening heen.
In een technische tekening geven de lijnen met een pijl...
A
...de richting aan.
B
...de hoogte aan.
C
...de maat aan .
D
...de breedte aan.

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe breed is het hoofd
van het legopopje?
A
4,9 cm
B
0,49 cm
C
1,2 cm
D
1,02 cm

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Diameter vs. Straal

De straal is de helft van de diameter, dus de afstand tussen het middelpunt en de buitenkant van de cirkel.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diameter op een technische tekening
Op technische tekeningen wordt de diameter vaak aangegeven met een Ø, die als "rond" wordt uitgesproken.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de straal van de cirkel in het midden?
A
50 mm
B
15 mm
C
2,5 cm
D
5 cm

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions