Autoportrait 5 3havo (27-01)

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Pak je etui + laptop.

Het boekje 'Autoportrait' wordt uitgedeeld en ga hiermee verder. 

Aujourd'hui, c'est lundi

H3A

Au travail:

• Je krijgt voor de laatste keer tijd om je voor te bereiden op de schrijftoets van woensdag.

Keuzes: maak je boekje verder af / maak een oefenschrijftoets en laat dit nakijken door chatgpt of docent / breid je woordenschat uit door mindmaps te maken of nieuwe woorden op te zoeken / vraag om tips of extra hulp

Ben je echt helemaal voorbereid voor woensdag? Ga werken aan ander vak / voorbereiden toetsweek.

Lever de autoportrait boekjes voorin in op het bureau.

Woensdag heb je het hele lesuur voor de schrijftoets. Zorg dat je een leesboek mee hebt voor als je klaar bent.

Les devoirs (huiswerk):

- Voorbereiden op schrijftoets van woensdag.

Volgende week maandag verdere voorbereiding op leestoets!

Le programme:

- Autoportrait afmaken

- Individuele opdracht: haal de fouten uit de tekst

- Au travail: oefenschrijftoets op laptop -> chatgpt laten nakijken + 2 leerpunten opschrijven die chatgpt aangeeft

Les buts (leerdoelen):

- Aan het einde van de les heb je het boekje autoportrait ingevuld én ingeleverd

- Aan het einde van de les ben je startklaar voor de schrijftoets van morgen

Est-ce que tout le monde est présent?

- Zijn we compleet? Wie missen we?

Individuele opdracht

Wat ga je doen? Haal de 8 fouten uit de tekst. Noteer de fouten op een blaadje of in je schrift.

Klaar? Ga zelfstandig werken en je voorbereiden op woensdag (maak je boekje verder af / maak een oefenschrijftoets en laat dit nakijken door chatgpt / breid je woordenschat uit door mindmaps te maken of nieuwe woorden op te zoeken / vraag om tips of extra hulp)

Welke fouten vielen je op?

Correctie met verbeteringen

écoute -> écouter

mon -> ma

préféré -> préférée

mecredi -> mercredi

toujour -> toujours

est -> sont

bleue -> bleu

noirs -> noir

A, lire 

Ouvre le livre à la page .....

Au travail:

Quoi (wat)? Fais exercice 2B, 4, 6ABC en 7A

Comment (hoe)? Individuellement ou ensemble en 2 (fluisteren)

Temps (tijd)? Tot het einde van de les

Prêt (klaar)? Apprendre vocabulaire A (Slim stampen)