7.5 - Kijken naar je oog

§7.5 - Licht en schaduw
Leerdoelen:
20. Ik kan de verschillende onderdelen van het oog benoemen.
21. Ik kan uitleggen hoe het oog werkt en scherp stelt.
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

§7.5 - Licht en schaduw
Leerdoelen:
20. Ik kan de verschillende onderdelen van het oog benoemen.
21. Ik kan uitleggen hoe het oog werkt en scherp stelt.

Slide 1 - Diapositive

0

Slide 2 - Vidéo

De bouw van het oog
 In afbeelding 1 zie je de doorsnede van een oog. Lichtstralen gaan eerst door het hoornvlies. Het licht gaat verder door de pupil. De pupil is een opening in de iris. De iris is meestal blauw of bruin, soms ook groen of een beetje grijs. 

Slide 3 - Diapositive

Kijk naar afbeelding 1. Je ooglens wordt platter als je veraf goed wilt zien. De lens hoeft de lichtstralen niet sterk te breken. Je ooglens is nu een zwakke lens.  
Kijk naar afbeelding 2. Om dichtbij goed te kunnen zien, wordt je ooglens boller. Hoe boller de lens, hoe sterker. De lens moet de lichtstralen sterk breken om een scherp beeld op je netvlies te maken.

Slide 4 - Diapositive

De bril 
 Zie je de dingen om je heen scherp, dan ben je goedziend. Maar veel mensen zien niet alles even scherp. Deze mensen hebben een bril nodig (zie afbeelding 1). 

Slide 5 - Diapositive

Welk onderdeel van het oog
komt een lichtstraal het eerst
tegen als deze het oog in 'valt'?
A
Pupil
B
Lens
C
Hoornvlies
D
Netvlies

Slide 6 - Quiz

Lens
Lens
Netvlies
Pupil
Lens

Slide 7 - Question de remorquage

De pupil van het oog kun je vergelijken met een...
A
projectiescherm
B
vergrootglas
C
diafragma

Slide 8 - Quiz

Het beeld van het voorwerp wordt op zijn kop op het netvlies geprojecteerd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Hieronder staan vier delen van een oog van de mens:
1. glasachtig lichaam
2. hoornvlies
3. lens
4. pupil
Lichtstralen veroorzaken impulsen in het netvlies. Door welke van de genoemde delen zijn de lichtstralen achtereenvolgens gegaan voordat ze het netvlies bereikten?
A
2-4-1-3
B
2-4-3-1
C
3-4-1
D
3-2-4

Slide 10 - Quiz

Aan de slag!
Pak je iPad en maak de vragen in Lesson Up. 

Ezelsbruggetje: ROGGBIV
Oefenen
Om de leerdoelen te behalen moet je oefenen. Je gaat opdrachten maken uit je werkboek.

Wat heb je nodig? werkboek B. 
Wat ga je maken? opdracht 2 t/m 10 van §6.5 
staat op blz. 125 t/m 126 van werkboek B.
Wat doe je daarna? je gaat het nakijken! 
en dan? Stuur je foto's in via LessonUp! 



Slide 11 - Diapositive

Huiswerk controle §7.5. Maak foto's van gemaakte nagekeken huiswerk op blz. 125 t/m 126.

Slide 12 - Question ouverte

Hoe goed beheers je de twee leerdoelen?
Leerdoelen
Leerdoelen:
14. Ik kan de verschillende onderdelen van het oog benoemen.
15. Ik kan uitleggen hoe het oog werkt en scherp stelt.
A
Ik beheers ze beide
B
Ik beheers er 1 van de 2
C
Ik beheers ze niet

Slide 13 - Quiz

Aan de slag!
Pak je iPad en maak de vragen in Lesson Up. 

Ezelsbruggetje: ROGGBIV
Oefenen (uitdaging)
Lees het gedeelte "zie je alles wel scherp?"
Wat ga je maken? opdracht 11 t/m 16 van §6.5 
staat op blz. 126 t/m 127 van werkboek B.
Wat doe je daarna? je gaat het nakijken! 
en dan? Stuur je foto's in via LessonUp! 



Slide 14 - Diapositive