stress en depressie

Als je je langer dan 1 week down voelt, dan ben je officieel depressief!

A
waar
B
niet waar
1 / 14
suivant
Slide 1: Quiz
SeminarieSecundair onderwijs

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Als je je langer dan 1 week down voelt, dan ben je officieel depressief!

A
waar
B
niet waar

Slide 1 - Quiz

Bij een depressie zijn er geen lichamelijke klachten, het gaat enkel om een neerslachtige stemming!

A
waar
B
niet waar

Slide 2 - Quiz

Depressie?
Depressie = ernstige ziekte, dus NIET je triest of down voelen.
Voorwaarden: 
  • De persoon vertoont 5 kenmerken van depressie, waarvan 1 hoofdkenmerk.
  • Het ziektebeeld moet minstens 2 weken aanwezig zijn.
  • Er is meestal geen duidelijk aanwijsbare oorzaak (vb: drugs, ziekte, rouwproces,…).
  • Zorgt voor problemen op sociaal vlak.

Slide 3 - Diapositive

Kenmerken depressie
Hoofdkenmerken (min 1):
  • Een sombere stemming: “ ik zie het niet meer zitten”
  • Geen plezier/interesse meer in het dagdagelijkse activiteiten.
Bijkomende kenmerken (3 of 4):
  • Eetproblemen: gewichtsvermindering of gewichtstoename
  • Slaapproblemen (veel of niet niet slapen)
  • Concentratieproblemen
  • Energieloos/lusteloos/moe
  • Verdrietig voelen
  • Schuldgevoelens/gevoelens van waardeloosheid
  • Doodsgedachten/zelfmoordgedachten

Slide 4 - Diapositive

Een depressie is makkelijk herkenbaar!


A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Depressie is niet makkelijk herkenbaar
  • Zie kenmerken
  • Taboe
  • Mensen gaan zelf ontkennen
  • Bij ouderen moeilijk diagnose te stellen

Slide 6 - Diapositive

Vrouwen zijn gevoeliger voor depressies dan mannen!

A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Mensen die een depressie krijgen, hebben hiervoor een erfelijke aanleg!

A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

Geen oorzaken, wel risicofactoren:
  • Psychische factoren
  • Erfelijke aanleg/genetisch bepaald
  • Lichamelijke factoren
  • Omgevingsfactoren
  • Ingrijpende levensgebeurtenissen

Slide 9 - Diapositive

Mensen met een depressie kunnen uit een depressie geraken als ze dit willen!

A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Depressie = ernstige ziekte
Heeft niets met wilskracht, karakter of doorzettingsvermogen te maken

Slide 11 - Diapositive

Een depressieve patiënt moet meteen stoppen met geneesmiddelen van zodra hij/zij zich beter voelt!


A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Medicatie, zoals prozac werkt beter dan (psycho)therapie!


A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Meest voorkomende behandelingen:
  • Cursussen – zelfhulpgroepen
  • Praten – gesprekken – psychotherapie
    --> Doel: inzicht, omgaan met problemen, weerbaarder/sterker 
  • Medicatie= antidepressiva
    --> pas na 3-4 weken resultaat, aantal maanden nemen
    --> moet op lange termijn geleidelijke afgebouwd worden
    --> nevenwerkingen altijd afwegen
  • Gesprekken en geneesmiddelen, de combinatie geeft dikwijls het beste resultaat

Slide 14 - Diapositive