Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
woordsoorten
Grammatica: Woordsoorten
Elk
woord
in
een
zin
kan
je
benoemen
1 / 24
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Cette leçon contient
24 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Grammatica: Woordsoorten
Elk
woord
in
een
zin
kan
je
benoemen
Slide 1 - Diapositive
Benoem de hulpwerkwoorden:
Ik heb dat altijd al willen kopen
A
heb
B
heb, willen
C
kopen
D
heb, willen, kopen
Slide 2 - Quiz
In welke zin is NIET sprake van een koppelwerkwoord?
A
Hij lijkt mij een leuke vent.
B
Zij is 18 jaar geworden.
C
De voorstelling leek hem niets aan.
D
Hij is geknipt door de kapper
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Vidéo
in, onder, voor, aan, van, boven, onder,,,,,
Tijdens, gedurende, naar, na, bij...
Slide 5 - Diapositive
Hoeveel voorzetsels heeft deze zin:
Op de verjaardag waarschuwde ik haar voor de hond.
A
1
B
2
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Voegwoorden staan tussen woorden, woordgroepen of hoofdzinnen.
Slide 9 - Question ouverte
Doordat
het regent, komen we te laat.
Omdat
ik mij verslapen had, kwam ik te laat.
Slide 10 - Diapositive
Persoonlijk voornaamwoord
Ook als
meewerkend:
Ik geef aan
jou/hem/haar/jullie
.
Of als
lijdend voorwerp
(wie of wat + onderwerp +gezegde)
Ik zie
hen
zwaaien.
Slide 11 - Diapositive
hun/hen
Ik geef aan
h
e
n
een brief (
m
e
t vz
)
Ik geef h
u
n een brief ('z
u
nder' vz)
Ik zie
hen
op het station (
lijdend vw
)
Slide 12 - Diapositive
Dit is niet jouw mobiel en ook niet van hem, maar het is mijn mobiel.
Welke bezittelijk vnw zie je?
A
jouw
B
jouw, hem
C
jouw, mijn,
D
jouw, hem, mijn
Slide 13 - Quiz
Aanwijzend voornaamwoord
DIE en DEZE
(wijst naar 'de' woorden)
DIT en DAT
(wijst naar 'het'woorden
Slide 14 - Diapositive
Het artikel over de regering in de Stentor van afgelopen zaterdag, .... klopte niet.
A
die
B
dat
Slide 15 - Quiz
Betrekkelijk voornaamwoord
heeft
betrekking
op een woord of woordgroep dat eerder in een zin is benoemd:
DIE, DAT, WIE, WAT
Slide 16 - Diapositive
Het kleine meisje, .... ik heb helpen oversteken, was heel vrolijk
A
wat
B
dat
C
die
D
deze
Slide 17 - Quiz
Het laatste...ik doe is de hond uitlaten.
Dat is alles ... ik wilde zeggen.
A
dat, dat
B
dat, wat
C
wat, dat
D
wat, wat
Slide 18 - Quiz
Wat gebruik je na:
Onbepaalde voornaamwoorden
(iets, niets, alles, enige)
Na dat of datgene
(Dat is wat ik wilde vertellen)
Na overtreffende trap
( Het mooiste wat ik heb gezien)
Als verwijzing naar een zin die ervoor staat
(Hij was heel moe, wat erg vervelend was)
Als datgene waarop 'wat'slaat niet benoemd wordt
(Het is mij een raadsel wat hij bedoelt)
Slide 19 - Diapositive
Hoeveel vragend voornaamwoorden zijn er?
A
4
B
meer dan 4
Slide 20 - Quiz
Wie, wat, welke, wat voor (een)
Bijwoorden: Wanneer, waarom, waarmee, waar, hoe...
Ding, persoon of omschrijving
Slide 21 - Diapositive
Onbepaald voornaamwoord
Verwijst
niet
naar een
bepaald
persoon of zaak:
men, iemand, niemand, elke, sommige, alle, iedereen, iets, niets
Iedereen
heeft geoefend, zodat
men
straks
alles
goed kan maken
Slide 22 - Diapositive
Wederkerend voornaamwoord
Vergis jij je nu niet meer?
A
Vergis
B
jij
C
je
D
niet
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
woordsoorten
Novembre 2021
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
woordsoorten
Octobre 2022
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
woordsoorten
Janvier 2020
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
woordsoorten
Janvier 2021
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
woordsoorten
Septembre 2020
- Leçon avec
31 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
woordsoorten
Novembre 2023
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
woordsoorten
Septembre 2023
- Leçon avec
31 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
woordsoorten alles
Septembre 2020
- Leçon avec
33 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 2