De Franse Revolutie; het gaat beginnen
1 / 21
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
De bastille was
A
een paleis
B
een gevangenis
C
een kazerne
D
een ziekenhuis
Slide 2 - Quiz
Waarmee begon de Franse Revolutie?
A
Belastingverhoging van de koning
B
Bestorming Bastille
C
onthoofding van de koning
D
vlucht van koning Lodewijk XIV
Slide 3 - Quiz
Wanneer werd de Bastille aangevallen?
A
17 juni 1789
B
14 juli 1789
C
14 juni 1788
D
14 juni 1789
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Wie werd er in voorgaande afbeelding onthoofd?
A
Robespierre
B
Lodewijk XIV
C
Lodewijk XVI
D
Napoleon
Slide 6 - Quiz
Marie-Antoinnette was de
A
vrouw van Robespierre
B
de vrouw van Napoleon
C
de vrouw van Lodewijk xvi
D
de dochter van koning Lodewijk xvi
Slide 7 - Quiz
Koning Lodewijk XVI wilde vluchten naar
A
Spanje
B
Oostenrijk
C
Rusland
D
Nederland
Slide 8 - Quiz
Frankrijk werd na de dood van Lodewijk xvi een
A
monarchie
B
republiek
Slide 9 - Quiz
Welke staatsvorm heeft Frankrijk ten tijde van Lodewijk XVI?
A
Republiek
B
Monarchie
C
Keizerrijk
D
Dictatuur
Slide 10 - Quiz
Wanneer riep Lodewijk XVI de Staten-Generaal bijeen?
A
Mei 1789
B
Juni 1790
C
Juli 1791
D
Augustus 1792
Slide 11 - Quiz
Wat was het voorstel van Koning Lodewijk XVI tijdens de vergadering van de Staten-Generaal?
A
Alle standen moeten belasting betalen
B
De belasting van de 3e stand moet omlaag
C
Alleen de 1e en 2e stand moet belasting betalen
Slide 12 - Quiz
De Nationale vergadering is een bijeenkomst van
A
alleen de eerste stand
B
alleen de tweede stand
C
De eerste en tweede stand
D
De eerste, tweede en derde stand
Slide 13 - Quiz
In 1791 werd door de Nationale Vergadering de nieuwe grondwet aangenomen. Welke van onderstaande antwoorden stonden daarin?
A
Afschaffing van de standen. Iedereen gelijk
B
Koning minder macht
C
Absolutisme is de nieuwe bestuursvorm
D
De koning krijgt de leiding over het leger
Slide 14 - Quiz
1. Frankrijk heeft een grondwet
2. Nederland heeft geen grondwet
2. Nederland heeft geen grondwet
A
Beide goed
B
Beide fout
C
1= goed 2 = fout
D
1= fout 2 = goed
Slide 15 - Quiz
Alle burgers moeten zich aan de grondwet houden.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quiz
Frankrijk krijgt een grondwet. Iedereen krijgt nu kiesrecht.
A
Goed
B
Fout.
Slide 17 - Quiz
1. In Parijs werd de Bastille bestormd.
2. Op het platteland bleef het rustig.
2. Op het platteland bleef het rustig.
A
Zin 1 en 2 zijn goed
B
Zin 1 en 2 zijn fout
C
1 = fout en 2 = goed
D
1 = goed en 2 = fout
Slide 18 - Quiz
In de grondwet van 1791 stond dat mannen van 18 jaar en ouder kiesrecht kreeg.
A
Goed
B
Fout
Slide 19 - Quiz
1. Lodewijk XVI en zijn gezin vluchten naar Duitsland
2. Lodewijk en zijn gezin worden bij het plaatsje Varennes herkend.
2. Lodewijk en zijn gezin worden bij het plaatsje Varennes herkend.
A
Zin 1 en 2 zijn goed
B
Zin 1 en 2 zijn fout
C
1 = fout en 2 = goed
D
1 = goed en 2 = fout
Slide 20 - Quiz
1. Er gingen 300 geestelijken naar de Staten-Generaal
2. Er gingen 700 burgers en boeren naar de Staten-Generaal
2. Er gingen 700 burgers en boeren naar de Staten-Generaal
A
Zin 1 en 2 zijn goed
B
Zin 1 en 2 zijn fout
C
1 = fout en 2 = goed
D
1 = goed en 2 = fout
