3.2 Bloedsomloop

Wat gaan we vandaag doen?
opstarten
herhaling basistof 1
 uitleg basisstof 2
zelfstandig aan de slag
afsluiten
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we vandaag doen?
opstarten
herhaling basistof 1
 uitleg basisstof 2
zelfstandig aan de slag
afsluiten

Slide 1 - Diapositive

Welke cellen zitten in bloed?

Slide 2 - Diapositive

Wat is waar over het bloed?
A
Het bloedplasma vervoert voedingsstoffen.
B
rode bloedcellen vervoeren afvalstoffen.
C
Bloedplaatjes maken ziekteverwekkers onschadelijk
D
bloedplasma bestaat uit water, zouten en witte bloedcellen

Slide 3 - Quiz

Welke bestanddelen in je bloed zorgen er voor dat je bloed bij een wondje een hard korstje wordt?
A
bloedplaatjes
B
witte bloedcellen
C
Rode bloedcellen
D
Bloedplasma

Slide 4 - Quiz

Welk Eiwit helpt bij de bloedstolling?
A
Hemoglobine
B
Pepsine
C
Fibrine
D
Albumine

Slide 5 - Quiz

Welke cellen in het bloed vallen een virus of bacterie aan?
A
Rode bloedcellen
B
Bloedplaatjes
C
Bloedplasma
D
Witte bloedcellen

Slide 6 - Quiz

Leerdoelen basisstof 2
  • Ik kan vertellen welke twee bloedsomlopen het menselijk lichaam heeft en hoe/waar het bloed stroomt in elk van deze bloedsomlopen
  • Ik weet de functie(s) van de twee bloedsomlopen
  • Ik kan 3 typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies

Slide 7 - Diapositive

Bloedsomloop
  • De weg die bloed aflegt door je lichaam
  • Het hart is gescheiden tussen 2 helften, waarom?
  • De mens heeft een dubbele bloedsomloop:

Slide 8 - Diapositive

0

Slide 9 - Vidéo

Bloedsomloop
  • De grote bloedsomloop brengt zuurstofrijk bloed naar alle onderdelen het lichaam
  • De kleine bloedsomloop  maakt het bloed in de longen zuurstofrijk 

Slide 10 - Diapositive

Bloedvaten
  • Er zijn 3 typen bloedvaten:
  • Slagaders: weg van het hart
    (hoge bloeddruk)
  • Haarvaten: één cellaag dik
  • Aders: naar het hart
    (lage bloeddruk)

Slide 11 - Diapositive

Aderklep
  • Veel aders hebben kleppen, deze laten bloed in één richting door

Slide 12 - Diapositive

Bloedvatenstelsel
  • Wat is het verschil tussen aders en slagaders?
  • Heeft de naam van orgaan waar het heen of vanaf gaat.

Slide 13 - Diapositive

Bloedvatenstelsel
  • Paar uitzonderingen;
  • Onderste en Bovenste holle ader en Aorta 
  • Poortader is anders: Zuurstofarm bloed van darmkanaal naar lever

Slide 14 - Diapositive

Aan de slag
Maak opdracht 1 t/m 8 van paragraaf 3.2.
timer
1:00

Slide 15 - Diapositive