5. u - uu voor alfabetiseringsklas
1 / 41
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wat is dit?
A
rug
B
mug
C
kus
D
mus
Slide 11 - Quiz
Wat is dit?
A
rug
B
kruk
C
vul
D
kus
Slide 12 - Quiz
Wat is dit?
A
stuk
B
kruk
C
bus
D
rug
Slide 13 - Quiz
Wat is dit?
A
rug
B
kruk
C
stuk
D
mug
Slide 14 - Quiz
Wat is dit?
A
kruk
B
stuk
C
rug
D
kus
Slide 15 - Quiz
timer
2:00
schrijf woorden met
u
u
Slide 16 - Carte mentale
Slide 17 - Vidéo
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Vidéo
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Wat is dit?
A
muur
B
vuur
C
stuur
D
kuur
Slide 26 - Quiz
Wat is dit?
A
kuur
B
vuur
C
muur
D
zuur
Slide 27 - Quiz
Wat is dit?
A
huur
B
stuur
C
zuur
D
duur
Slide 28 - Quiz
Wat is dit?
A
huur
B
zuur
C
buur
D
duur
Slide 29 - Quiz
Wat is dit?
A
vuur
B
muur
C
zuur
D
duur
Slide 30 - Quiz
timer
2:00
schrijf woorden met
uu
uu
Slide 31 - Carte mentale
Slide 32 - Vidéo
Slide 33 - Vidéo
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 34 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 35 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 36 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 37 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 38 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 39 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
Slide 40 - Quiz
Hoor je <u> of <uu>?
A
B
