Argumentatie

Goedemorgen!

Benodigdheden:

- boek (blz. 132)
- schrift
- iPad of telefoon voor Lessonup
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Goedemorgen!

Benodigdheden:

- boek (blz. 132)
- schrift
- iPad of telefoon voor Lessonup

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
- Je weet wat een argument en een tegenargument is
- Je weet welke drie soorten standpunten er zijn en je kunt deze herkennen

- Je kent de vier argumentatiestructuren en kunt deze benoemen 
- Je kunt een argumentatiestructuur (blokjesschema) invullen.

Slide 2 - Diapositive

Als het warmer is dan 25 graden moeten alle lessen buiten worden gegeven.
A
Dit is een positief standpunt.
B
Dit is een negatief standpunt.

Slide 3 - Quiz

Als kouder dan 5 graden is, moeten alle lessen buiten worden gegeven.
A
Dit is een positief standpunt.
B
Dit is een negatief standpunt.

Slide 4 - Quiz

Mark Rutte mag niet opnieuw minister-president worden.
A
Dit is een positief standpunt.
B
Dit is een negatief standpunt.

Slide 5 - Quiz

Ik kan maar beter geen roomijsje nemen, want ik heb een koe
melkallergie.
A
Dit is een feitelijk argument.
B
Dit is een waarderend argument.

Slide 6 - Quiz

Het is echt geweldig om lekker door de modder te gaan, dus je moet echt meedoen aan die mudrun!
A
Dit is een feitelijk argument.
B
Dit is een waarderend argument.

Slide 7 - Quiz

Hoe heet deze argumentatie-structuur?
A
enkelvoudige argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke arg.
D
nevenschikkende argumentatie met afhankelijke arg.

Slide 8 - Quiz

Hoe heet deze argumentatie-structuur?
A
enkelvoudige argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke arg.
D
nevenschikkende argumentatie met afhankelijke arg.

Slide 9 - Quiz

Hoe heet deze argumentatie-structuur?
A
enkelvoudige argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke arg.
D
nevenschikkende argumentatie met afhankelijke arg.

Slide 10 - Quiz

Hoe heet deze argumentatie-structuur?
A
enkelvoudige argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke arg.
D
nevenschikkende argumentatie met afhankelijke arg.

Slide 11 - Quiz

Pak blz. 129 voor je. Heb je dit al verbeterd?
Streep de theorie in je boek door.                         ---> zie berichtje in Magister

Vul aan: 
Tegenargument Een uitspraak waarmee een schrijver of spreker een standpunt of een argument probeert te weerleggen of te ontkrachten. Een tegenargument dient om een standpunt of een argument minder aanvaardbaar te maken.

Slide 12 - Diapositive

Opdracht 1, 2, 3 en 4
Wat ging er goed? Wat was er lastig? 

Slide 13 - Diapositive

Huiswerk
- Maak opdracht 6 en 7
- Maak vraag 1 t/m 5 van je diagnostische toets

Slide 14 - Diapositive

Argumentatiestructuren
We kijken het instructiefilmpje van Nieuw Nederlands.

Slide 15 - Diapositive

Aan de slag: opdracht 1 tm 4 (blz. 122 en verder)
- Zelfstandig
- Eerst een deel samen, daarna zelfstandig
- In tweetallen

Slide 16 - Diapositive

Terugblik en huiswerk
- Vat samen wat je vandaag hebt geleerd.

- Huiswerk: 
    cursus 6 argumenteren paragraaf 2 argumentatiestructuren. maak           
    opdracht 1 tm 4. 



Slide 17 - Diapositive