Lesbezoek

• HTV
• MBO
• Studiejaar 1

Praktijkles voorwerpbeschrijving

Inhoud en structuur van de les:

• Leerdoelen van deze les
• Voorkennis voorwerpbeschrijving
• Nut & belang voorwerpbeschrijving
• Theorie
• Opdracht

Leerdoelen

• Je kent de nut & noodzaak van voorwerpbeschrijving
• Je kan een voorwerp zelfstandig beschrijven
• Je kan een voorwerpomschrijving onthouden en onder lichte stress nog herkennen

Wat weet je al over voorwerpbeschrijving?

Voorkennis activeren

            Nut

               &

           Belang

Beschrijf dit voorwerp.

Voor jezelf, in stilte,          2 minuutjes.

Laat met buurman/buurvrouw vergelijken. Komt je beschrijving overeen?

• Als een camera die inzoomt
  
• Van algemeen naar bijzonder
  
• Van groot naar klein
• Heel specifiek:  Het heeft bijv. een vierkante vorm, benoemen kleur, hoe lang/breed, staan er letters/cijfers op etc.

Hoe werkt dat dan?

Kies 1 van deze voorwerpen en omschrijf deze zoals hiervoor besproken. Doe dit voor jezelf in stilte. (3 min)

        1.                          2.                                       3.

Wissel uit: (5 min)

• Lees je voorwerpbeschrijving op aan je buurman/buurvrouw
• Laat deze raden welk voorwerp je hebt beschreven
• Draai daarna de rollen om

Let op! 

Wees kritisch op elkaar. Geef elkaar feedback op dingen die je mist of anders zou kunnen omschrijven.

Ik zie, ik zie,

wat jij niet ziet

Het voorwerp is van een houtsoort.

Het voorwerp bestaat uit een hoog vlak van ca. 80 cm hoog en 60cm breed en een lager vlak van ca. 60 cm diep en 70cm breed. Op beide vlakken is zacht materiaal aangebracht. Dit materiaal heeft een geruit patroon. Op het voorwerp staat een rechthoekig voorwerp welke tegen het hoge vlak aanleunt. Dit rechthoekige voorwerp is voorzien van een afbeelding en letters en heeft een witte kleur.

Het voorwerp heeft 2 langere zijden van ca. 60 cm. Op beide zijden is een gedeelte zachte stof aanwezig ook in een geruit patroon. Etc.....

De opdracht!

Opdracht uitleg docent:

Verdeel de groep 1 tweetallen. Laat ze een maatje kiezen met wie ze nog niet hebben samengewerkt.

1 groep gaat mee naar de kant van de praktijkstraat. Daar leg je verschillende voorwerpen neer. De studenten kiezen zelf een voorwerp die ze moeten beschrijven. Ze mogen kleuren en vormen noemen, of er cijfers of letters op staan maar mogen niet benoemen wat er dan op staat beschreven. Ook mag er niet benoemd worden waar het voorwerp voor dient.

De andere groep wacht rustig af en heeft geen pen en papier nodig. Wanneer de 1e groep klaar is krijgen ze 1 minuut de tijd om de voorwerpomschrijving door te geven aan hun maatje. Deze moet het onthouden. Wanneer de minuut voorbij is krijgt de groep die zojuist de omschrijving heeft gekregen de opdracht om zo snel mogelijk 2 rondjes om de school te rennen. Bij terugkomst ligt er een rebus klaar. Deze moet eerst opgelost worden en wordt afgecheckt bij de docent. Wanneer het antwoord goed is mogen ze de praktijkruimte in om te kijken welk voorwerp voldoet aan de beschrijving. Dit wordt gecheckt bij hun maatje.

Na deze oefening worden de rollen omgedraaid. Nieuwe voorwerpen en nieuwe rebus.

Rebus ligt bij Jolyke in de kast.

Antwoord rebus 1:

Een ijsje in de morgen is een dag zonder zorgen.

Antwoord rebus 2: als de sloten axhoon zijn stroomt het water goed.

Ervaringen delen

Bespreek met je maatje:

• Wat vond je van de omschrijving. Was dit voldoende of miste je nog iets?
• Welke manier heb je gebruikt om de informatie te onthouden nadat je moest rennen en puzzelen?
• Wat zou je de volgende keer anders doen?
• Wat vond je van de les?

Terugblik leerdoelen

• Je kent de nut & noodzaak van voorwerpbeschrijving
• Je kan een voorwerp zelfstandig beschrijven
• Je kan een voorwerpomschrijving onthouden en onder lichte stress nog herkennen

Gehaald???

Wat vonden jullie van de les?

Zijn er vragen?