SEMANA 49 - LUNES 2 Y MARTES 3-10-24

• Spaans
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3

SEMANA 50 - LUNES 2 Y MARTES 3-10-24

BEGINTAAK ¿QUÉ SIGNIFICA?

HOY

ESTA SEMANA

ESTE FIN DE SEMANA

ESTAS VACACIONES

ESTE VERANO

ESTE AÑO

ALGUNA VEZ

SIEMPRE

NUNCA

ÚLTIMAMENTE

VANDAAG

DEZE WEEK

DIT WEEKEND

DEZE VAKANTIE

DEZE ZOMER

DIT JAAR

OOIT/ WELEENS

ALTIJD

NOOIT

DE LAATSTE TIJD

                                                   ¿Qué día es hoy?


Hoy es ________________________ de __________________________de 2024.

OBJETIVOS (DOELEN)

Je kunt in eenvoudige zinnen vertellen over je vakantie, inclusief waar je was en wat je hebt gedaan.

Je kunt uitleggen wat je leuk vindt of niet, met voorbeelden.

Je kunt beschrijven of iets leuk was of niet.

SUCCESCRITERIA

Je kent de vervoeging van de Pretérito Perfecto (regelmatige en onregelmatige)

Je kent minimaal 5 signaalwoorden van de Pretérito Perfecto

Je kent de vervoeging van het werkwoord: GUSTAR en kun je deze toepassen.

Je kent de uitdrukking: het was leuk/saai in het Spaans

TRABAJAS SOLO

LIBRO DE EJERCICIOS (WB)  TAREA FINAL (PG. 33 T/M 35)

• Volg de stappen en werk zo nauwkeurig mogelijk.
  
• Gebruik je boek en aantekeningen om informatie op te zoeken.
  
• Klaar? Vraag dan naar het nakijkmodel.
  
• Beoordeel jezelf met 'Paso 4'.
  
• Wees kritisch en eerlijk met jezelf.
  
• Werk in stilte en geconcentreerd.
  
• Niet klaar tijdens de les? Maak de rest thuis af vóór maandag 3-12.

VOORBEREIDING

PW1

HUISWERK

TAREA FINAL TB PG. 14

WB PG. 33

ESCRIBIR - WB PG. 34 - 35

ESCRIBE- ENTREGA LA TAREA

1. Het presente (tegenwoordige tijd)

De presente gebruik je om te praten over:

• Acties die nu plaatsvinden of een feit zijn.
• Gewoontes of routines.
• Algemene waarheden of universele feiten.

Signaalwoorden voor presente:

Ahora (nu)

Siempre (altijd)

Cada día (elke dag)

Todos los días (iedere dag)

Normalmente (normaal gesproken)

Voorbeelden:

Yo hablo español en casa. (Ik spreek Spaans thuis.)

Comemos pizza todos los viernes. (We eten elke vrijdag pizza.)

Ella vive en Madrid. (Zij woont in Madrid.)

Hoe vorm je het?

	AR	ER	IR
yo	hablo	como	vivo
tú	hablas	comes	vives
el/ella/ud	habla	come	vive
Nosotros/as	hablamos	comemos	vivimos
Vosotros/as	habláis	coméis	vivís
Ellos/ellas/uds	hablan	comen	viven

De pretérito perfecto gebruik je om te praten over:

• Acties die in het verleden zijn gebeurd maar nog steeds relevant zijn of invloed hebben op het heden.
  
• Ervaringen die je hebt opgedaan.

Signaalwoorden voor pretérito perfecto:

Esta semana (deze week)

Hoy (vandaag)

Ya (al)

Todavía no (nog niet)

Alguna vez (ooit)

Nunca (nooit)

Recientemente (recentelijk)

Voorbeelden:

He hablado con mi amigo esta mañana. (Ik heb vanmorgen met mijn vriend gesproken.)

¿Has vivido en España alguna vez? (Heb je ooit in Spanje gewoond?)

Hoe vorm je het?

yo	he	AR = ADO
tú	has	ER = IDO
el/ella/ud	ha	IR= IDO
Nosotros/as	hemos
Vosotros/as	habéis
Ellos/ellas/uds	han

Verschillen tussen presente en pretérito perfecto

Tijdskader:

Presente: Gaat over nu of gewoontes.

Ejemplo: Hablo español en casa. (Ik spreek Spaans thuis.)

Pretérito perfecto: Gaat over een voltooide actie met connectie aan het heden.

Ejemplo: Hoy he hablado español con mi leraar. (Vandaag heb ik Spaans gesproken met mijn leraar.)

Signaalwoorden:

Presente: ahora, siempre, normalmente.

Pretérito perfecto: ya, esta mañana, alguna vez.

Focus:

Presente: De actie zelf.

Ejemplo: Comemos pizza los viernes. (We eten pizza op vrijdagen.)

Pretérito perfecto: Het feit dat de actie is gebeurd.

Ejemplo: Hemos comido pizza hoy. (We hebben vandaag pizza gegeten.)

Oefening 

(Hoy) Yo _____ (comer) una manzana. 

Normalmente nosotros _____ (hablar) en clase. 

¿Tú _____ (ir) al cine esta semana? 

Cada día ellos _____ (estudiar) mucho.

PRACTICAMOS

WERK IN TWEETALLEN

¡A practicar!

AGENDA MAGISTER DE HOY

DURANTE LA CLASE:

https://wordwall.net/nl/resource/23109714

https://wordwall.net/resource/22325917/pret%c3%a9rito-perfecto

https://wordwall.net/resource/22326338

PASO ADELANTE2 H1 -RETRIEVAL

SIGNAALWOORDEN PRETÉRITO PERFECTO

OBJETIVOS (DOELEN)

Je kunt in eenvoudige zinnen vertellen over je vakantie, inclusief waar je was en wat je hebt gedaan.

Je kunt uitleggen wat je leuk vindt of niet, met voorbeelden.

Je kunt beschrijven of iets leuk was of niet.

SUCCESCRITERIA

Je kent de vervoeging van de Pretérito Perfecto (regelmatige en onregelmatige)

Je kent minimaal 5 signaalwoorden van de Pretérito Perfecto

Je kent de vervoeging van het werkwoord: GUSTAR en kun je deze toepassen.

Je kent de uitdrukking: het was leuk/saai in het Spaans

HEB JE DE LESDOELEN BEHAALD?

MARTES 3-12-24

¿TIENES TU LAPTOP Y AURICULARES?

BROWSER:  WOOTS.NL --> LOGIN MET ENTREE

SCHOOL SELECTEREN

INLOGGEN MET JE SCHOOLACCOUNT.

FT PA2H1

                                                   ¿Qué día es hoy?


Hoy es ________________________ de __________________________de 2024.

OBJETIVOS (DOELEN)

Je check of je de leerdoelen van H1 hebt behaald.

Aan het eind van deze les weet je wat we in P2 gaan doen.

Aan het eind van deze les weet je wat je in H2 gaat leren.

Je leert nieuw informatie over het land Mexico.

SUCCESCRITERIA

Je hebt de meeste leerdoelen van H1 behaald.

Je weet wat moet je doen om succes te boeken in P2.

Je weet waar México is en hoe de hoofdstad heet.

LOS OBJETIVOS DEL CAP.1

2

IK KAN NU

iets vertellen over mijn vakantie

SÍ

MÁS O MENOS

NO SÉ

NO

IK KAN NU

vertellen wat ik wel leuk of niet leuk vind

SÍ

MÁS O MENOS

NO SÉ

NO

IK KAN NU

een korte email schrijven naar een vriend(in)

SÍ

MÁS O MENOS

NO SÉ

NO

STRAKS KEN JE

• De vervoeging van werkwoorden met een onregelamtige vorm in  de Pretérito Perfecto
• het gebruik van de verbo 'gustar'
• woorden die te maken hebben met vakantie
• woorden die te maken hebben met hobby's

IK KEN NU

de vervoeging van wekwoorden met een onregelmatige vorm in de Pretérito Perfecto

SÍ

MÁS O MENOS

NO SÉ

NO

IK KEN NU

de vervoeging van de Pretérito Perfecto (regelmatige en minimaal 5 onregelmatige werkwoorden)

SÍ

MÁS O MENOS

NO SÉ

NO

IK KEN NU

de vervoeging van de el verbo GUSTAR minimaal in de eerste, tweede en derde persoonsvorm enkelvoud

SÍ

MÁS O MENOS

NO SÉ

NO

PERIODO 2

TOT 31-01-2025

OBJETIVOS (DOELEN)

Aan het eind van deze les weet je wat we in P2 gaan doen.

Aan het eind van deze les weet je wat je in H2 gaat leren.

Je leert nieuw informatie over het land Mexico.

SUCCESCRITERIA

Je weet wat moet je doen om succes te boeken in P2.

Je weet waar México is en hoe de hoofdstad heet.

Straks kun je..

• een menukaart lezen
• vertellen wat je lekker vindt
• iets bestellen in een restaurant

Straks ken je..

• de manier waarop je een Spaanse zin vragend kunt maken.
• de vervoeging van meer werkwoorden met klinkerwisseling.
•  de vormen van het aanwijzend voornaamwoord
• namen van eten en drinken

Straks weet je

• meer over México
• meer over gerechten uit Spaanstalige landen

¿Qué sabes sobre
México?

WB. PG. 46

EJERCICIOS 1A Y 1 B

OBJETIVOS (DOELEN)

Aan het eind van deze les weet je wat we in P2 gaan doen.

Aan het eind van deze les weet je wat je in H2 gaat leren.

Je leert nieuw informatie over het land Mexico.

SUCCESCRITERIA

Je weet wat moet je doen om succes te boeken in P2.

Je weet waar México is en hoe de hoofdstad heet.