Week 39 Reading Skills

GOOD MORNING

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2-4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

GOOD MORNING

Slide 1 - Diapositive

Today 
- Reading Tips & Tricks 
- Practice your reading skills

Slide 2 - Diapositive

TAKE NOTES!!!

Slide 3 - Diapositive

Hoe begin ik aan een leestoets?

Slide 4 - Carte mentale

1
Voor het lezen


- Voordat je gaat lezen, ga je je eerst een beeld vormen van de tekst. 
- Met wat voor soort tekst heb je te maken? 
(een advertentie, een ingezonden stuk, een artikel, enzovoort)

Slide 5 - Diapositive

Wat betekent 'skimmen' volgens jou?

Slide 6 - Question ouverte

2A
Je kunt op verschillende manieren lezen :

Skimmen: je gaat de tekst snel lezen, omdat je ongeveer wilt weten waar de tekst over gaat. Je doet dat door naar opvallende stukjes te kijken en van iedere alinea de eerste en de laatste zin te lezen.
Bij een vraag over de hele tekst, ga je skimmen. Je gaat zoeken naar aanwijzingen voor het antwoord.

Slide 7 - Diapositive

Bij vragen naar bepaalde informatie, ga je scannen. Als de vraag bijvoorbeeld is hoeveel iets kost, ga je op zoek naar bedragen.
2B
Scannen: je moet zoeken naar bepaalde informatie. Als je dat gevonden hebt, hoef je de rest van de tekst niet te lezen.

Slide 8 - Diapositive

Wat betekent 'scannen' volgens jou?

Slide 9 - Question ouverte

Intensief lezen: Hierbij neem je de tekst woord voor woord, regel voor regel, door.
2C
Als er in een vraag regelnummers gegeven worden, is het vaak de bedoeling dat je de gehele alinea intensief leest.

Slide 10 - Diapositive

Wat betekent 'intensief lezen' volgens jou?

Slide 11 - Question ouverte

Bij meerkeuzevragen, 
Lees je alleen de vraag en het stukje waar volgens jou het antwoord in staat. Probeer vervolgens zelf een antwoord te geven en vergelijk dat met de antwoorden die gegeven zijn. Kies dan het antwoord dat het meest op jouw antwoord lijkt. Kom je er niet uit, dan is het vaak een kwestie van een paar keer 'heen en weer' lezen.
3

Slide 12 - Diapositive

Onbekende woorden
Bij lezen (en luisteren) heb je zelf geen invloed op de woorden die worden gebruikt. Je zult woorden tegenkomen die je niet kent. Als je te veel woorden niet kent (meer dan 10%), zul je moeite hebben met de tekst. Onbekende woorden hoeven echter niet altijd problemen op te leveren of opgezocht te worden in het woordenboek. Er zijn manieren om achter de betekenis van een woord te komen:
4

Slide 13 - Diapositive

Hoe kan ik de betekenis van een woord zelf achterhalen?

Slide 14 - Carte mentale

4A
  • Probeer de betekenis te raden door de hele zin goed te lezen.

  • Kijk of het woord lijkt op een Nederlands woord of een andere taal die je kent.

Slide 15 - Diapositive

Improve your reading skills 
1. Read as often as possible
2. Read things you're interested in
3. Practise scanning for specific information

Slide 16 - Diapositive

Zelfstandig werken
- Je gaat verder aan reading 2 in Classroom 

Heb je dit af?
oefen dan op niveau A2 op deze website:
allesvoorengels.nl/vaardigheden/lezen/#A1

Slide 17 - Diapositive