Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Oefenen voor de toets
Slide 1 - Diapositive
Welke van de onderstaande manieren behoort NIET tot de werkwijze van de apostel Paulus?
A
Paulus probeerde eerst de heidenen ervan te overtuigen dat Jezus de Christus was.
B
Als Paulus tot de Joden sprak, beriep hij zich vooral op het Oude Testament.
C
Paulus werkte niet alleen, maar in een zendingsteam.
D
Paulus was een netwerker: hij liet de gemeenten bezoeken door zijn medewerkers en schreef brieven.
Slide 2 - Quiz
Welke eerste stap namen de apostelen om een nieuwe christelijke gemeente te vormen?
A
Aansluiten bij wat bekend is bij de Joden: het Oude Testament.
B
De doop van de bekeerlingen.
C
Het samenwerken met mensen in de gemeente die hetzelfde werk doen om in je levensonderhoud te voorzien.
D
Het aanstellen van ouderlingen om leiding te geven aan de gemeente.
Slide 3 - Quiz
Wat was de belangrijkste oorzaak voor de verdeeldheid in de gemeente van Korinthe?
A
Er waren hoogmoedige mensen in de gemeente, die op de eenvoudige en arme mensen neerzagen.
B
De Joodse christenen vonden dat de christenen uit de heidenen ook besneden moesten worden.
C
Bij de liefdesmaaltijden en avondmaalsviering was de één dronken en voor de ander, die later binnenkwam, was er geen brood en wijn meer.
D
Er werd getwijfeld aan het gezag van Paulus en er ontstonden groepen en ruzies in de gemeente.
Slide 4 - Quiz
Op welke manieren wordt er binnen de gereformeerde gezindte gezocht naar meer kerkelijke eenheid? Kies de TWEE juiste antwoorden.
A
Mensen van andere religies toelaten op kansels.
B
Accepteren van alle opvattingen van christenen buiten het eigen kerkverband en in andere landen.
C
Gezamenlijk optreden in missionaire en diaconale acties.
D
Gezamenlijke kerkdiensten beleggen.
Slide 5 - Quiz
Wat is de eerste trap van de kerkelijke tucht?
A
De gemeente wordt gevraagd om voor de persoon te bidden, zonder dat de naam bekend wordt gemaakt.
B
De persoon die vermaand wordt, mag niet aan Heilig Avondmaal deelnemen.
C
De persoon wordt bezocht en vermaand en zijn naam wordt bekendgemaakt in de gemeente.
D
De gemeenteleden worden opgeroepen om niet meer met de persoon om te gaan.
Slide 6 - Quiz
Bij conflicten over middelmatige zaken moeten gemeenteleden niet naar een wereldse rechter stappen, omdat
A
Wereldse rechters over het algemeen niet eerlijk kunnen oordelen.
B
Het Bijbels is om moeilijkheden met de mantel der liefde te bedekken.
C
Er in de gemeente gelovigen behoren te zijn, die door God wijs gemaakt zijn om te kunnen oordelen tussen broeders en zusters, die conflicten hebben.
D
Je de ‘vuile was’ van gemeenteleden onderling niet in de openbaarheid moet brengen; buitenstaanders hebben dan een reden om met de kerk de spot te drijven.
Slide 7 - Quiz
Waarom hadden christenen in de gemeente van Korintheproblemen met huwelijken seksualiteit? Kies de TWEE juiste antwoorden.
A
Paulus was zelf niet getrouwd en gaf aan, dat ongetrouwd zijn beter is, omdat je dan meer tijd hebt om God te dienen.
B
Door hun bekering dachten ze dat ze een soort van engelen waren geworden en er was dus geen aards huwelijk meer nodig.
C
In de ogen van veel christenen in Korinthe was seksualiteit iets negatiefs. Prostitutie en losbandigheid (overspel) waren er heel normaal. Dat kan toch niet samengaan met een heilig leven met God.
D
Paulus noemde het een gave (van God), om ongetrouwd te zijn en de mensen in de gemeente van Korinthe wilden die gave ook ontvangen.
Slide 8 - Quiz
Wat is, volgens het huwelijksformulier, het eerste én voornaamste doel van het huwelijk?
A
Elkaar trouw bijstaan in de dingen van het tijdelijke en eeuwige leven.
B
Kinderen opvoeden tot eer van God en om voor Hem te leven.
C
Onreinheid en zondige begeerten vermijden met anderen buiten het huwelijk.
D
Om je seksuele behoeften te bevredigen.
Slide 9 - Quiz
Paulus dringt bij de sterk-gelovigen in Korinthe er op aan...
A
Wel offervlees te eten, want een afgod is niets.
B
Geen offervlees te eten om afstand te nemen van de afgoden.
C
Geen offervlees te eten om de zwakgelovigen te helpen.
D
Wel offervlees te eten zolang het niet tegen je geweten ingaat.
Slide 10 - Quiz
Wat is christelijke vrijheid? Kies de TWEE juiste antwoorden
A
Wees nauw voor jezelf en ruim voor een ander.
B
Christenen moeten elkaar een beetje ruimte geven bij het wel of niet houden van Gods geboden.
C
Hetzij dan dat gijlieden eet, hetzij dat gij drinkt, hetzij dat gij iets anders doet, doet het al ter ere Gods.
D
Een christen heeft een geheiligd geweten; hij kan goede keuzes maken zolang hij die voor God kan verantwoorden.
Slide 11 - Quiz
In 1 Korinthe 11 : 3 lezen we: ‘Doch ik wil dat gij weet, dat Christus het Hoofd is eens iegelijken mans, en de man het hoofd der vrouw, en God het Hoofd van Christus’. Wat betekent het dat de man het hoofd is van de vrouw?
A
De man domineert over de vrouw.
B
De man en de vrouw hebben ieder hun rol in de schepping gekregen.
C
De man en de vrouw zijn naar Godsbeeld geschapen.
D
De man is eerst geschapen.
Slide 12 - Quiz
Wat was de misstand bij de viering van het Heilig Avondmaal in Korinthe?
A
De mensen beproefden zich niet voor het Avondmaal.
B
Ze maken geen onderscheid tussen het gewone brood en het Avondmaalsbrood; ze onderscheidden het lichaam van Christus niet.
C
De rijken aten en dronken alles op voordat de armen (uit hun werk) kwamen.
D
De deelnemers aten en dronken zichzelf een oordeel.
Slide 13 - Quiz
In 1 Korinthe12 worden verschillende (bijzondere) gaven van de Geest genoemd. Welke zijn dat?
A
Wijsheid, kennis, geloof, gezondmaking, wonderen, profetie, tongentaal en uitleg ervan.
B
Geloof, gezondmaking, wonderen, profetie, tongentaal en uitleg ervan, vallen en lachen in de Geest.
C
Wijsheid, geloof, gezondmaking, wonderen, profetie, tongentaal en uitleg ervan, vallen en lachen in de Geest.
Welke uitspraken over gebedsgenezing zijn Bijbels? Kies de TWEE juiste antwoorden.
A
Iemand die zieke mensen (kreupelen, blinden, doven, etc.) kan beter maken, heeft deze gave altijd van God gekregen.
B
God spoort ons aan om Hem voor alle geestelijke en lichamelijke nooddruft aan te roepen.
C
Bij gebedsgenezing en ziekenzalving, is het gebed ‘Uw wil geschiede’ belangrijker dan de genezing op zichzelf.
D
Zowel Jezus als de apostelen hielden gebedsgenezingsdiensten waarbij vele mensen gezond gemaakt werden op het gebed en waarbij ook velen tot geloof kwamen.
Slide 15 - Quiz
Welk probleem was er, in de gemeente van Korinthe, ontstaan rondom de opstanding (1 Korinthe15)?
A
De dwaalleraren betwijfelden of de opstanding van Christus wel werkelijk was gebeurd.
B
De dwaalleraren betwijfelden de opstanding van ons lichaam op de laatste dag.
C
De dwaalleraren vonden het lichaam van de mens erg belangrijk; daarom wilden ze het balsemen na het sterven.
D
Er waren dwaalleraren gekomen die in geen enkele vorm van opstanding geloofden.
Slide 16 - Quiz
De meeste christenen wijzen cremeren af. Om welke redenen? Kies de TWEE juiste antwoorden.
A
De Heere Jezus is ook begraven.
B
In de Bijbel is cremeren een vloek
C
Als je jezelf laat cremeren is dat een teken datje niet gelooft in de opstanding op de laatste dag.
D
Cremeren is slecht voor het milieu.
Slide 17 - Quiz
In Korinthe waren de christenen in de ogen van de Joden dwazen en in de ogen van de heidenen ergerniswekkend.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 18 - Quiz
Als een mede-gemeentelid zondigt en niemand weet dit behalve jij, dan is het het beste om samen met een ander gemeentelid met die persoon in gesprek te gaan in de hoop dat hij/zij het verkeerde gedrag in gaat zien.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quiz
Christelijke vrijheid betekent dat een christen in middelmatige dingen altijd moet luisteren naar de stem van zijn geweten. Hij kan iets wel doen als hij concludeert: ‘Ik zie er geen kwaad in’.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quiz
Het onwaardig vieren van het Heilig Avondmaal in Korinthe betekent, dat men het eeuwige oordeel van de verharding over zich uitriep.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quiz
Calvijn noemt belijdenis doen onder anderen ‘toegang vragen tot het Heilig Avondmaal’.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quiz
n de pinkstergemeenten ziet men tongentaal als bewijs dat men met de Heilige Geest gedoopt is; een hoogtepunt in iemands geestelijk leven.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quiz
Als je beweert dat de doden niet lichamelijk zullen opstaan, zeg je ook dat Christus niet zou zijn opgestaan. Dan is je geloof tevergeefs.