V4 wo 20 jan 2021

V4 Latijn
20 januari 2021
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Grieks en LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

V4 Latijn
20 januari 2021

Slide 1 - Diapositive

Hulpmiddelen bij de toets
Reader, tweede deel (repetitieteksten)
Woordenboek La -> Ne
Uitgeprinte tekst met aantekeningen voor de proefvertaling

Slide 2 - Diapositive

Tekst 3
Calpurnia, de ideale vrouw
(rr.3-4)

Slide 3 - Diapositive

Selecteer uit de tekst vier woorden (znw of ww) die bij elkaar een chiasme vormen.
illa
videor
acturus 
gaudio
cum
cum 
egi
afficitur
qua 
quanto
A
B
B
A
sollicitudine

Slide 4 - Question de remorquage

Tekst 3
Calpurnia, de ideale vrouw
(rr.3-8)

Slide 5 - Diapositive

Qua illa  solitudine cum videor  acturus, quanto cum egi  afficitur! 
Disponit  qui nuntient sibi quem  accensum quos clamores excitarim, quem eventum iudicii tulerim. 
Eadem, si  quando recito, in proximo discreta velo sedet, laudesque nostras avidissimis  auribus excipit. Versus quidem meos cantat etiam formatque cithara non artifice aliquo docente, sed amore qui magister est optimus.

Ablativus
Nominativus
Accusativus
Genitivus
Dativus
sollicitudine
velo
accensum
qui
sibi 
iudicii 
Eadem
laudes
magister
versus
artifice 

Slide 6 - Question de remorquage

Tekst 7
 Bestaan spoken nu wel of niet?
(rr.38-56)

Slide 7 - Diapositive

pugillares, stilum
innuebatque digito similis vocanti
herbas et folia concerpta 
catenis insonabat
rite conditis 
ut paulum exspectaret, manu significat

tollit lumen 
suos omnes in interiora dimittit
videt agnoscitque narratam sibi effigiem
adit magistratus
Tum crebrescere fragor
Inveniuntur ossa inserta 
catenis et implicita

Slide 8 - Question de remorquage

Tekst 6
Plinius en zijn slaven

Slide 9 - Diapositive

rr. 1-3
Citeer twee woorden waarmee Plinius naar zijn slaven verwijst.

Slide 10 - Question ouverte

r.2: Confecerunt t/m etiam
Waarom is het gebruik van etiam hier zo opvallend?

Slide 11 - Question ouverte

r.4-5: perdidi, perdidisse

Geef de woordenboekvorm

Slide 12 - Question ouverte

r.4-5: perdidi, perdidisse

Welke tijd is hier gebruikt?

Slide 13 - Question ouverte

r.4: manumittendi

Dit is een:
A
gerundivum
B
ppa
C
1e ev perf. ind act.
D
gerundium

Slide 14 - Quiz

rr.5-6: Plinius zegt dat hij de slaven toestaat testamenten te maken.
Citeer twee woorden waaruit blijkt dat dit geen rechtsgeldige documenten zijn.

Slide 15 - Question ouverte

Welke hoort er niet bij?
A
r.9: debilior
B
r.9: frangor
C
r.11: durior
D
r.9: adquiescam

Slide 16 - Quiz

r.13: homines non sunt:
Waarom niet, volgens Plinius?

Slide 17 - Question ouverte

Ik heb wel een idee wat ik kan verwachten
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Sondage


Slide 19 - Question ouverte