Thema 4.2 (Huis)dieren, Les 2.1 Indeling van het dierenrijk

Groentechnische wereld

Thema 4.2 (Huis)dieren
Les 2.1

Ordening
- soorten
- rassen 
- typen, variëteiten
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
groentechnische wereldMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Groentechnische wereld

Thema 4.2 (Huis)dieren
Les 2.1

Ordening
- soorten
- rassen 
- typen, variëteiten

Slide 1 - Diapositive

Soorten, rassen, variëteiten en typen
Door de eeuwen heen zijn er diersoorten verdwenen en zijn er nieuwe diersoorten ontstaan.

Binnen een soort ontstonden er rassen.

Binnen een ras kun je vaak weer een onderverdeling maken. Bij sommige soorten noem je dat typen, bij andere variëteiten. 
 

Slide 2 - Diapositive

Door de eeuwen heen zijn er verschillende diersoorten ontstaan.

Voorbeelden van soorten zijn schapen, giraffen, koeien, konijnen, kippen, leeuwen en olifanten. 

Dieren van een bepaalde soort kunnen in uiterlijk erg verschillen.  Toch horen ze tot dezelfde soort. Een Zijdehoender verschilt bijvoorbeeld enorm van een Barnevelder, maar ze behoren allebei tot de kippen. 

Slide 3 - Diapositive

Vruchtbare nakomelingen of niet...
Dieren behoren tot één soort als ze onderling VRUCHTBARE nakomelingen kunnen krijgen.

Dit lijkt heel duidelijk en makkelijk te begrijpen, maar dat valt wel tegen.

Hiernaast zie je twee groepen dieren afgebeeld.

Een muildier is een kruising tussen een paardenmerrie en een ezelhengst. 

een muilezel is het jong van een ezelin en een paardenhengst.

De uiterlijke kenmerken van een muildier zijn een vermenging van die van paard en ezel. 

Slide 4 - Diapositive

Alle honden behoren tot dezelfde diersoort, namelijk de soort 'gewone hond'. 
De wetenschappelijke naam is 'Canis familiaris'. 
Dezelfde soort maar met veel verschillen. Een chihuahua,  een Deense Dog, een Jack Russell en een Duitse herder verschillen flink van elkaar. Dit noem je de verschillende rassen binnen de diersoort honden. 

Slide 5 - Diapositive

Dieren binnen een ras lijken op elkaar. 
Ze hebben erfelijk bepaalde kenmerken gemeenschappelijk en kunnen vruchtbare jongen voortbrengen. 

Bij de honden onderscheid je ruim 300 verschillende rassen. Die zijn verdeeld in negen rasgroepen. De afkomst, het doel waarvoor je de hond gebruikt, de bouw en het karakter komen in elke rasgroep in grote lijnen overeen. 

In Nederland onderscheid je de volgende rasgroepen:
  • dogachtigen;
  • lopende honden en dashonden;
  • herdershonden;
  • pinchers en schnauzers;
  • staande honden, spaniëls en retrievers;
  • terriërs; 

Slide 6 - Diapositive

Marleen Felius is een bekende koeienschilderes. Zij heeft meer dan 600 rassen geschilderd en beschreven. 

In Nederland heb je wel 120 kippenrassen.
Deze kun je indelen in drie hoofdgroepen, namelijk:
  1. Grote rassen;
  2. krielkippen;
  3. dwerghoenders;

Deze hoofdgroepen deel je verder in in,
a. Legrassen;
b. Vleesrassen;
c. Vechthoenderrassen;
d. Sierrassen;

Wereldwijd worden konijnenrassen ingedeeld in nutrassen en luxe rassen. Nutrassen zijn rassen die voornamelijk gefokt worden voor het vlees en/of de pels. Luxe rassen worden gefokt op een mooi uiterlijk. Kleurdwergen en de Belgische haas zijn voorbeelden van luxe rassen. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Binnen een ras spreek ja van variëteiten.
Zo onderscheid je bij de Duitse Staande Hond variëteiten in:
- vrachtkleur( schimmel, bruin, zwart)
- Vachtstructuur (korthaar, draadhaar en langhaar)
- Hoogtemaat. 

Slide 9 - Diapositive

Bij
- muizen
- ratten
- gerbils
- hamsters
- cavia's & konijnen

Praat je over kleurvariëteiten en vachtvariëteiten. 

Slide 10 - Diapositive

Met een type geef je aan voor welk doel het dier gehouden wordt en het meest geschikt is. 

Bij paarden is het KWPN een van de grootste stamboeken in Europa.
Het ras KWPN is ontstaan door mengeling van verschillende rassen.
Binnen dit stamboek hebben zich typen ontwikkeld. Zo onderscheid je het type 'rijpaard' en 'tuigpaard'. 

Een leek zal geen verschil zien tussen deze typen paarden. Een kenner ziet meteen de verschillen in bouw.

Slide 11 - Diapositive

Je kunt binnen een ras praten over typen, maar ook binnen een soort. 
Zo tref je bij de koeien de volgende typen aan. 

  • Melktype: Holstein Frisian, Jersey;
  • Vleestype: Belgische blauwe, Limousin, Charolais en Piëmontees.;
  • Melkvleestype; Maas-Rijn-IJssel- veeras (MRY-koeien), Fries-Hollandse koe, Lakenvelder en Groninger blaarkop. 
Dubbeldoeltype: melkvleestypen
In de eerste plaat was het belangrijk dat de koeien veel melk gaven en in de tweede plaats moesten ze nog wat opleveren bij de slacht. 

Slide 12 - Diapositive

Schapenrassen verdeel je ook in typen, namelijk in:

  • Woltypen: Merino, het wolschaap uit Australië; 
  • Wolvleestypen: buitenlandse kruisingen;
  • Vleeswoltypen: de Nederlandse rassen de Texelaar, Flevolander, Swifter, NOORD-HOLLANDER; 
  • Melktypen: Fries melkschaap, Zeeuws melkschaap, Fins melkschaap;
  • Hobbytypen: Drents heideschaap, Veluws heideschaap, Quessant. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive