7.1 Koolwaterstoffen

Par 7.1 Koolwaterstoffen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Par 7.1 Koolwaterstoffen

Slide 1 - Diapositive

begrippen
al gedaan:
Moleculaire stoffen, molecuulformule, structuurformule, covalentie, atoombinding (= covalente binding)
nieuw: 
hydrofoob - hydrofiel  
vanderwaalsbinding
Vertakt - onvertakt; Verzadigd - onverzadigd

Slide 2 - Diapositive

Covalentie
Neem onderstaande figuren over in je schrift en geef bij elk atoom de verbindingsstrepen weer (covalentie):

1.
2.
3.
Tip

Slide 3 - Diapositive

Vertakt-Onvertakt en Verzadigd-Onverzadigd
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 4 - Diapositive

Probeer nu zelf
Geef van de volgende voorbeeld aan of ze Vertakt/Onvertakt zijn EN of ze Verzadigd/Onverzadigd zijn. 

Wat wordt verstaan onder het begrip covalentie?
Onder covalentie verstaan we hoeveel bindingen een atoom kan vormen.

Slide 5 - Diapositive

Quizvragen

Slide 6 - Diapositive

Welke brandstof hieronder is GEEN fossiele brandstof
A
hout
B
steenkool
C
aardgas
D
dit zijn allen fossiele brandstoffen

Slide 7 - Quiz

Uit welke atomen bestaan koolwaterstoffen?
A
C en F atomen
B
F en H atomen
C
C en H atomen
D
Na en C atomen

Slide 8 - Quiz

Koolwaterstoffen behoren tot de ...
A
...elementen
B
...moleculaire stoffen
C
...zouten
D
...metalen

Slide 9 - Quiz

Bij gefractioneerde destillatie scheid je stoffen op basis van kookpunt. De stoffen met het hoogste kookpunt komen
A
bovenin de kolom, want deze moleculen hebben een sterke vdW-binding
B
onderin de kolom, want deze moleculen hebben een sterke vdW-binding
C
onderin de kolom, want daar is het het koudst
D
bovenin de kolom, want daar is het het warmst

Slide 10 - Quiz

Wat zijn de covalenties van koolstof- en waterstof atomen?
A
de covalentie van C is 1 de covalentie van H is 1
B
de covalentie van C is 1 de covalentie van H is 4
C
de covalentie van C is 4 de covalentie van H is 1
D
de covalentie van C is 4 de covalentie van H is 4

Slide 11 - Quiz

Wat is de covalentie van stikstof?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quiz

Welk type vet bevat naar verhouding de meeste H-atomen?
A
verzadigd vet
B
onverzadigd vet
C
meervoudig onverzadigd vet
D
plantaardige olie

Slide 13 - Quiz

Is het volgende molecuul verzadigd of onverzadigd?
A
Verzadigd
B
Onverzadigd

Slide 14 - Quiz

Is het volgende molecuul verzadigd of onverzadigd?
A
Verzadigd
B
Onverzadigd

Slide 15 - Quiz

Is het volgende molecuul verzadigd of onverzadigd?
A
Verzadigd
B
Onverzadigd

Slide 16 - Quiz

Ga voor jezelf nu even na... Kun je nu:

  • Uitleggen wat koolwaterstoffen zijn? 
  • Uitleggen wat wordt verstaan onder covalentie + van aantal atomen de covalentie noemen? 
  • De begrippen vertakt en onvertakt, verzadigd en onverzadigd toelichten aan de hand van voorbeelden? 
  • Structuurformules van stoffen tekenen? 

Slide 17 - Diapositive

Werk verder aan weektaak
Leer paragraaf 6.4 en 7.1

vorige week: par. 6.4 mk vr 33, 35 t/m 37 en 41

deze week:  mk vr 1, 3, 5 t/m 9 
 

Slide 18 - Diapositive

Filmpje ter ondersteuning
Hieronder staat een filmpje ter ondersteuning. In dit filmje worden ook al dingen uitgelegd uit de volgende paragraaf.


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Hoe kleiner het molecuul => hoe hoger in de destillatiekolom

Kraken:
Thermolyse =>
Verhitten tot 850 graden + Katalysator => 
verbreken van C-C bindingen =>
Kortere koolstofverbindingen!

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive