2021 week 47 les 1 BK

Brugklas - week 47 les 1
Je kan uitleggen wat de present simple is en hoe je die maakt.
Je kan de present simple toepassen in een zin.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Brugklas - week 47 les 1
Je kan uitleggen wat de present simple is en hoe je die maakt.
Je kan de present simple toepassen in een zin.

Slide 1 - Diapositive

Kloktijden! Hoe zeg je
10:10

Slide 2 - Question ouverte

Kloktijden! Hoe zeg je
16:25

Slide 3 - Question ouverte

Vertaal de volgende zin:
We spreken af om half zeven.

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de juiste vertaling?
De film begint om 8 uur.
A
The movie start at eight o'clock.
B
The movie start at eight hours.
C
The movie starts at eight o'clock.
D
The movie starts at eight hours.

Slide 5 - Quiz

Wat is de juiste vertaling?
Ik begin nu.
A
I starts now.
B
I start now.
C
i start now.
D
i starts now.

Slide 6 - Quiz

Wat valt je op...
Ik begin nu.
I start now.

De film begint nu.
The movie starts now.

Slide 7 - Diapositive

Present simple (=tegenwoordige tijd)
I walk to school
You walk to school
He / she walks to school
The cat (it) walks home
We walk to school
You walk to school
They walk to school

Gebruik je bij dingen die:
altijd, nooit, of regelmatig gebeuren

Maak je:
I / you / we / they = hele werkwoord
he / she / it = werkwoord + s (of: +es)


Slide 8 - Diapositive

Maak de zin af:
We always ..... (eat) dinner at 6.

Slide 9 - Question ouverte

Maak zin af:
She .... (help) to raise money.

Slide 10 - Question ouverte

Those girls often ...... (work) together.

Slide 11 - Question ouverte

Jasper sometimes ....... (answer) my question.

Slide 12 - Question ouverte

The little boy ..... (wish) a fire truck for Christmas.

Slide 13 - Question ouverte

Ik begrijp de present simple...
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Sondage

Rest of today's lesson:
Unit 2 - lesson 4 - assignment 1a + 2 + 6 (chromebook)
-> Bij opdr 2: onderstreep in je boek waar je het antwoord hebt gevonden in de tekst.


Homework:
Do: Unit 2 - lesson 4 - assignment 1a + 2 + 6 (chromebook)
Study: uitleg present simple
Study: Unit 2 - SB 2 + 3 + 4

Slide 15 - Diapositive