Kunst actief H8-10 deel 3

Kunst actief H8-10 deel 3
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
TekenenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Kunst actief H8-10 deel 3

Slide 1 - Diapositive

Nog te bespreken kunstvormen
- land art
- minimal art
- nouveau realisme
- conceptuele kunst

Slide 2 - Diapositive

Nog te bespreken begrippen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Land Art 
Kunst die iets aan het landschap toevoegt of 
er een verandering in aanbrengt 

Slide 6 - Diapositive

Land Art
- vaak grote kunstwerken
- kunstwerk heeft een relatie met de omgeving/plek
- door de kunstwerken kijken mensen anders naar de omgeving
- sommige kunstwerken bestaan tijdelijk of veranderen de natuur

Slide 7 - Diapositive

Land Art

Slide 8 - Diapositive

Wat is Land Art?
Land Art kunstenaars maken kunst in de natuur van natuurlijke materialen. 

Ze maken een ordening (compositie) op een natuurlijke ondergrond. 

Slide 9 - Diapositive

Minimal art

Slide 10 - Diapositive

Minimal art
  • op zoek naar eenvoud
  • terug naar de basis vormen : bol, kegel, cilinder en kubus
  • primaire kleuren
  • industriële uitstraling, materiaal is belangrijk
  • geen persoonlijke signatuur/handschrift



Slide 11 - Diapositive

Nouveau Réalisme 1960-1970
Arman, poubelle van Jim Dine, 1961
Arman, MAMMA MIA !, 1961
Jean Tinguely

Slide 12 - Diapositive

NOUVEAU REALISME
Afgedankte materialen uit de consumptiemaatschappij
Object rouve

Slide 13 - Diapositive

Nouveau realisme
  • gebruik readymades
  • beelden uit dagelijks leven
  • kritische kijk op consumptie maatschappij/ massacultuur
  • alledaagse voorwerpen worden kunst

Slide 14 - Diapositive

Conceptuele kunst
Kunstenaars gingen meer nadenken over de vraag wat is kunst. 

Bij conceptuele kunst is het idee vaak belangrijker dan het kunstwerk

materiaal is bij conceptuele kunst heel divers

Slide 15 - Diapositive

Conceptuele Kunst gaat om het idee van het concept kunst, niet om het object zelf.
Conceptuele Kunst (1965-1975)

Slide 16 - Diapositive

Uitleg conceptuele kunst 

Slide 17 - Diapositive

Oefenen begrippen

Slide 18 - Diapositive

Dynamisch of statisch?
A
dynamisch
B
statisch

Slide 19 - Quiz

Dynamisch of statisch?
A
Dynamisch
B
Statisch
C
Beetje van beide

Slide 20 - Quiz


Dit schilderij is:
A
Figuratief
B
Abstract
C
Geabstaheerd

Slide 21 - Quiz


Deze vorm is sterk vereenvoudigd dus...
A
abstract
B
gestileerd

Slide 22 - Quiz

Abstract is
A
wel herkenbare vormen
B
geen herkenbare vormen

Slide 23 - Quiz


A
Abstract
B
Geabstraheerd
C
Figuratief

Slide 24 - Quiz

Sleep de juiste benaming over het juiste plaatje
geometrisch
Expressief
Gestileerd
Toegepaste 
kunst
Organisch

Slide 25 - Question de remorquage

Deze vorm noem je
A
contour
B
silhouet

Slide 26 - Quiz

Een silhouet krijg je met...?
A
tegenlicht
B
direct licht
C
meelicht
D
zijlicht

Slide 27 - Quiz

Dit is een
A
Conceptueel kunstwerk
B
Silhouet
C
Land art
D
Abstract kunstwerk

Slide 28 - Quiz

Welke van deze kunstwerken is minimalistisch?
A
B
C
D

Slide 29 - Quiz


Een contour is een...
A
kleurlijn
B
overlapping
C
omtreklijn
D
vlakverdeling

Slide 30 - Quiz

Wat doet een contourlijn?
A
Zorgt dat de vorm diepte krijgt
B
Benadrukt de vorm
C
Koppelt vormen aan elkaar
D
Zorgt voor een contrast

Slide 31 - Quiz

Abstract
Figuratief

Slide 32 - Question de remorquage

Welke hiervan is een voorbeeld van hyperrealisme in de schilderkunst
A
B
C
D

Slide 33 - Quiz

Welke hiervan is een voorbeeld van hyperrealisme in de beeldhouwkunst?
A
B
C
D

Slide 34 - Quiz

Sleep de tekst naar het juiste woord
voorstelling
vormgeving
Het beeld is een buste van een dame met een haarband in het haar.
Het beeld is geabstraheerd.
De beeldhouwer gebruikte de kleuren wit, roze, zwart, groen, blauw 
Je ziet geen armen, lijf en benen.
Ogen, neus en mond zitten op een vreemde plaats.

Slide 35 - Question de remorquage