6.4 K economie in Europa

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Nakijken

Pak je boek.

• Kader blz. 113 

Opdracht 11

goederen: Nederlandse bloemen die in Duitsland verkocht worden.

diensten: je mag je auto in België laten maken

personen: je mag vrij reizen in de EU

Opdracht 12

a. studeren, vakantie, werk

b. meer begrip voor andere culturen, meer samenwerking, minder ruzie

Opdracht 13

a. binnengrenzen

b. visum/ illegaal

opdracht 14

a. omdat die landen dichtbij Afrika liggen

b.  Er is veel oorlog in het Midden-Oosten. Dit is in Europa niet

Opdracht 15

a. binnengrenzen

b. buitengrenzen

c. buitengrenzen

Opdracht 16

a.  iemand die asiel heeft aangevraagd en die wacht op toestemming voor een verblijfsvergunning.

b. Iemand die zijn land heeft verlaten omdat het daar niet veilig is.

c. Oorlog, natuurrampen, onderdrukking

6.4 Economie in Europa

Vraag en Aanbod 

Als je door de supermarkt loopt, zie je de schappen vol liggen met verschillende producten uit het buitenand. Als mensen graag sinaasappels willen, dan zeggen we  dat er vraag is naar sinaasappels. Sinaasappels groeien niet in Nederland. In Spanje wel. In Spanje worden veel sinaasappels geteeld. Daar is dan aanbod van sinaasappels. Het gebied waar je je producten kunt verkopen, noem je een afzetgebied. 

Wat betekend het als ergens veel vraag naar is ?

De Europese markt

Europa heeft een vrijemarkteconomie.

Dat betekent: Dat bedrijven (grotendeels) vrij zijn om te beslissen hoe zij handelen.

De Europese Markt: Vraag en Aanbod

De markt draait om Vraag en Aanbod. Dat wil zeggen dat de prijzen van goederen en producten afhankelijk zijn van hoe veel mensen het product willen hebben.

Handel in Europa

Handel binnen de Europese Unie vind plaats op de Interne Markt. Er zijn dan geen onderlinge tarieven of belasting op Import uit andere Europese landen. En natuurlijk andersom ook niet op de Export naar andere Europese landen.

Bloemen die op de veiling verkocht worden, gaan naar de koper die het .... wil betalen

1. minste
2. meeste

Als Nederland vanuit Italië wijn invoert is dat

1. export
2. import

Als Nederland bloembollen naar Frankrijk uitvoert is dat

1. export
2. import

Stel: Jij wilt een frikandellenbroodje kopen.
Dit is een voorbeeld van....

1. Aanbod
2. Export
3. Import
4. Vraag

De Jumbo verkoopt frikandellenbroodjes.
Dit is een voorbeeld van .....

1. Aanbod
2. Export
3. Import
4. Vraag

De frikandel is in Nederland te krijgen, maar de curry wordt uit Duitsland gehaald. Dit is een voorbeeld van ....

1. Aanbod
2. Export
3. Import
4. Vraag

In de VS is vraag naar frikandellenbroodjes, maar ze hebben geen curry en geen frikandellen. De Jumbo verkoopt deze aan de VS. Hier is sprake van.....

1. Aanbod
2. Export
3. Import
4. Vraag

Huiswerk

maken blz. 116 opdracht 1 t/m 5