MODETH C-klas les 6 Virussen & Schimmels

MODETH WIMPERS & WENKBRAUWEN 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

MODETH WIMPERS & WENKBRAUWEN 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les 6 Virussen & Schimmels
Module 2 wimpers en wenkbrauwen 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag
Herhalen 
  • Bacteriën 


Nieuwe lesstof
  • Virussen
  • Schimmels 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Student weet wat virussen zijn en kan een aantal virussen benoemen.

  • Student weet wat schimmels zijn en kan deze benoemen en herkennen.


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Formatieve toets
  • Do 24 maart formatieve toets 
  • 25 mc vragen 

Alle formatieve toetsen moeten gemaakt zijn om op examen te kunnen!

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhalen bacteriën

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je nuttige micro organismen ook wel?
A
Pathogeen
B
A-pathogeen
C
Commensalen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Micro organismen kunnen het lichaam binnen dringen via...
A
De lucht en huid
B
Via de spijsvertering
C
Via de slijmvliezen en het bloed
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn commensalen?
A
nuttige micro-organismen
B
micro-organismen die ziekte veroorzaken
C
micro-organismen die geen ziekte veroorzaken

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je een bolvormige bacterie ook wel?
A
Kok
B
Bacil
C
Spirocheet

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke bacteriën kunnen zonder zuurstof leven?
A
anaerobe bacteriën
B
aerobe bacteriën

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als een pathogeen micro-organisme het lichaam binnendringt spreken we van een 
Wanneer een pathogeen micro-organisme zich in het lichaam kan handhaven en vermeerderen dan heb je een 
Als je ziek wordt onthoudt je lichaam dat. Je maakt                              tegen de micro-organismen aan zodat je niet opnieuw ziek wordt: je wordt   

besmetting
infectie
antistoffen
immuun

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke soorten bacteriën zie je op de onderstaande plaatjes?
Kokken of bolvormige bacteriën
Bacillen of spiraalvormige bacteriën
Spirocheten of spiraalvormige bacteriën

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Virussen

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je allemaal
van virussen?

Slide 15 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Virus
Kleiner dan een bacterie

Voortplanten met behulp van plantaardige, dierlijke of menselijke cellen.  

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Virus
Afhankelijk van gastheercel.

Dringen cel binnen -> nemen alle functies over -> nieuwe virussen maken -> breken open en komen de virussen vrij. 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Preventie
  • Handen wassen
  • Niezen in elleboog
  • Materialen desinfecteren voor gebruik. 
  • Wondjes desinfecteren. 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kun je een virus zien met het blote oog?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een virus kan zich zelfstandig vermeerderen
waar
niet waar

Slide 21 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen een virus en een bacterie?
A
Een bacterie is een organisme en een virus niet
B
Een virus heeft geen eigen stofwisseling
C
Een virus kan zich niet voortplanten zonder een cel
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel behaald?

Student weet wat virussen zijn en kan een aantal virussen benoemen.
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitleg schimmels

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schimmels en gisten

Schimmels zijn meercellig 
Gisten zijn eencellig

Vormen sporen -> erfelijk materiaal 



Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schimmels
Overleven in ongunstige omstandigheden. 

Dermatomycose -> huidschimmel

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Een schimmel vermenigvuldigt zich door middel van:
A
celdeling van de aangetaste plant.
B
zaden
C
Sporen
D
eitjes

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

schimmels zijn eencellig
A
goed
B
fout

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Schimmels groeien het snelst als de volgende omstandigheden zich voordoen.

A
Warm en droog weer
B
Warm en vochtig weer.
C
Koud en vochtig weer
D
Koud en droog weer.

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 
Ga naar Teams
Opdracht 1
Werkboekje
Hygiëne 
vraag 9 t/m 13
Gezamenlijk bespreken

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Ga naar opdrachten in teams

MODETH M2 L4 
Forms 
bacteriën & virussen


Slide 32 - Diapositive

https://forms.office.com/Pages/DesignPage.aspx?lang=nl&origin=OfficeDotCom&route=Start#FormId=LGjOClFYn02GOiwqM0AhLYCfWtwpbjRJjnKyM3n9mApURjM3RksySFQ4VVpNQjJVRUM2SEJEOVpGVi4u
Opdracht 

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel behaald?

Student weet wat schimmels zijn en kan deze benoemen en herkennen.
A
Ja
B
Nee

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende week: toets

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Evalueren 
Ga naar exitticket 

Geef antwoord op 5 vragen over de les. 

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions