Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Examentraining artikel
Slide 1 - Diapositive
Voorbereiding
Vraag je eerst af voor wie je schrijft?
En wat is je doel: informeren, overtuigen of activeren?
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Onder een artikel zet je altijd:
A
slotformule
B
je eigen naam (en klas)
C
groetjes,
D
bedankt
Slide 6 - Quiz
In een artikel...
A
...staan alleen feiten
B
...staan alleen meningen
C
...kunnen feiten en meningen staan
Slide 7 - Quiz
In een artikel.....
A
Geef je de lezer informatie over een onderwerp.
B
Geef je je mening over een onderwerp.
C
Moet je u gebruiken.
D
Signaalwoorden zoals ten eerste, vervolgens en tot slot zijn belangrijk.
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Vidéo
Slide 10 - Vidéo
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
2. middenstuk
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Vidéo
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Een artikel schrijven
- je kunt een kort artikel schrijven met een begin, middenstuk en slot
Slide 19 - Diapositive
Zelf artikel schrijven
Slide 20 - Diapositive
INLEIDING
KERN
SLOT
Aanleiding voor het schrijven van het artikel
Argument(en) + onderbouwing
Je belangrijkste boodschap
Naam van de krant + datum artikel
Een zin om de lezer te prikkelen en waarover de lezer na blijft denken.
Feiten, cijfers, voorbeelden
Conclusie
Slide 21 - Question de remorquage
Waar zet je de aanleiding voor het schrijven van het artikel?
A
In het middenstuk
B
In het slot
C
In de titel
D
In de inleiding
Slide 22 - Quiz
Als je een artikel schrijft, begin je meteen met het schrijven van de inleiding.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quiz
Wat kun je zoal in het slot van een artikel schrijven?
A
samenvatting en conclusie
B
mening en argumenten herhalen
C
opsomming
D
nieuwe, prikkelende informatie
Slide 24 - Quiz
Waar begin je een artikel meestal mee?
A
Jezelf voorstellen
B
Een goede grap
C
De aanleiding voor het schrijven van het artikel
Slide 25 - Quiz
Gebruik tussenkopjes bij het schrijven van een artikel
A
Waar
B
Niet waar
Slide 26 - Quiz
Waarom moet je een naam onder het artikel schrijven?
A
Het is een persoonlijke tekst
B
Het is een e-mail
C
Het is een nieuwbericht
D
Het is een brief namens je familie
Slide 27 - Quiz
Voor het schrijven van een artikel maak je eerst een schrijfplan.
A
juist
B
onjuist
Slide 28 - Quiz
Welke soort afsluiting zie je hier? 'Na het schrijven van dit artikel schoot me wel iets te binnen. Wat nu als wij nu helemaal geen telefoons hadden? Denk daar maar eens over na...'
A
Samenvatting
B
Conclusie
C
Vraag
D
Toekomstverwachting
Slide 29 - Quiz
2e lesuur
We gaan oefenen
Slide 30 - Diapositive
Opdracht
Slide 31 - Diapositive
Vorm tweetallen
Schrijf het artikel per onderdeel. Overleg na ieder onderdeel of het foutloos is.
Doel: Schrijf het perfecte artikel.
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Diapositive
2. middenstuk
Slide 36 - Diapositive
Slide 37 - Diapositive
Slide 38 - Diapositive
Slide 39 - Diapositive
Controle
Lopen de zinnen goed
Zitten er spelfouten in
Heb je alle hoofdletters geschreven
Weet je zeker dat alle onderdelen erin staan?
Zie ik duidelijke witregels en is het slot volgens opdracht?