1.1 Je handen verzorgen

Je handen verzorgen
Het goed verzorgen van je handen is belangrijk. Niet alleen voor jezelf, maar ook voor hoe andere mensen jou zien.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Je handen verzorgen
Het goed verzorgen van je handen is belangrijk. Niet alleen voor jezelf, maar ook voor hoe andere mensen jou zien.

Slide 1 - Diapositive

Doel van de les
Je weet na deze les waarom handen wassen zo belangrijk is en wat je moet doen om je handen goed te verzorgen.

Slide 2 - Diapositive

wanneer was jij je handen?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Vidéo

op welke momenten moet je altijd je handen wassen?
A
voordat je naar de wc gaat
B
voor het eten
C
nadat je in de tuin hebt gewerkt
D
nadat je naar de wc bent geweest

Slide 5 - Quiz

waarom is regelmatig handen wassen zo belangrijk?

Slide 6 - Question ouverte

nagelborstel

Slide 7 - Diapositive

Waarvoor gebruik je een nagelborstel?
A
om je nagels te laten glanzen
B
om vuil onder je nagels te verwijderen
C
zodat je nagels beter geknipt kunnen worden
D
zodat je nagels beter groeien

Slide 8 - Quiz

wat kan je doen om je handen goed te verzorgen?

Slide 9 - Question ouverte

handcrème of handlotion
je handen en nagels zijn nu goed schoon.
Pak een beetje handcrème of lotion uit het potje of uit de tube.
Verdeel dit goed over je handen, en smeer het goed over je handen en tussen je vingers. Vergeet je nagels niet.

Slide 10 - Diapositive

1. Doe de kraan open. Spoel je handen

Slide 11 - Diapositive

2. Doe zeep op je handen. Wrijf je handen 20 tellen met de zeep in.

Slide 12 - Diapositive

3. Borstel je nagels schoon met de nagelborstel.

Slide 13 - Diapositive

4. Spoel het zeep van je handen

Slide 14 - Diapositive

5. Droog je handen.

Slide 15 - Diapositive

Wanneer moeten je handen wassen?
Kies de juiste antwoorden.
A
Nadat je naar de wc bent geweest.
B
Nadat je een dier hebt geknuffeld.
C
Voordat je fruit gaat eten.
D
Als je van buiten naar binnen gaat.

Slide 16 - Quiz

Zelf aan de slag
handen wassen 
+
nagelborstel gebruiken

Slide 17 - Diapositive

Schrijf op wat je
belangrijk vond deze les

Slide 18 - Carte mentale