(WEEK 23, 02-06) To Be Going To

Hi 2M1!
Let's get started on WEEK 23!
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Hi 2M1!
Let's get started on WEEK 23!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

THIS WEEK:
To Be Going To

Slide 6 - Diapositive

TO BE GOING TO
Je gebruikt een vorm van to be going to wanneer..

1. je iets van plan bent in de toekomst;
      I am going to watch a movie tonight.
2. je zeker weet dat iets zal gaan gebeuren.
      Look at those clouds! It is going to rain.


Dit onderwerp is herhaling.

Slide 7 - Diapositive

TO BE GOING TO
Dit onderwerp is herhaling.
Dus niet wanneer..
je iets gaat doen.
Veel van jullie hebben dat bij de vorige toets opgeschreven, maar dit is echt fout..

Slide 8 - Diapositive

TO BE GOING TO
Dit onderwerp is herhaling.
TO BE + going to + werkwoord
wanneer er als werkwoord "to walk" staat, gebruik dan alleen "walk" zonder "to".
dit neem je gewoon letterlijk zo over.
am, is of are

Slide 9 - Diapositive

Even oefenen..

Slide 10 - Diapositive


"They ... (to give) a party on Saturday."

Slide 11 - Question ouverte


"I ... (to have) a good time tonight."

Slide 12 - Question ouverte


"She ... (not / to buy) a lot of clothes."

Slide 13 - Question ouverte


"... he ... (to eat) out?"

Slide 14 - Question ouverte


"Janet ... (to help) me."

Slide 15 - Question ouverte


"... you ... (to look) for a job?"

Slide 16 - Question ouverte


Denk je dit onderwerp nu onder de knie te hebben?
A
Ja!
B
Jawel, maar ik ga er nog even mee oefenen.
C
Jawel, maar ik zou het toch nog eens samen willen doornemen.
D
Ik snap er niks van.

Slide 17 - Quiz

NO CLASS ON THURSDAY!

Slide 18 - Diapositive