De Opstand van de Nederlanden

Het begin van de opstand
A2c 2-11-23
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Het begin van de opstand
A2c 2-11-23

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les: 
-kun je uitleggen waarom Willem van Oranje en de watergeuzen belangrijk waren voor het begin van de Opstand.
-op welke manier de bewoners van de Nederlanden zich tegen de Spanjaarden verzetten 
-hoe de Nederlanden uiteenvielen in de Noordelijke en de Zuidelijke Nederlanden.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over de opstand in de Nederlanden?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Willem van Oranje
Willem van Oranje was een belangrijke leider tijdens de opstand in de Nederlanden. Hij verzette zich tegen de Spaanse overheersing. Vanuit Duitsland viel hij in 1568 Nederland binnen.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opstand 1568
De opstand begon officieel in 1568 met de Slag bij Heiligerlee. Dit was het eerste gevecht tussen de opstandelingen en de Spanjaarden.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De Watergeuzen
De Watergeuzen waren een groep opstandelingen die zich verzetten tegen de Spanjaarden. Ze waren vooral actief op het water en wisten belangrijke overwinningen te behalen.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzet tegen de Spanjaarden
De bewoners van de Nederlanden verzetten zich op verschillende manieren tegen de Spanjaarden. Ze vormden bijvoorbeeld gewapende groepen en maakten gebruik van guerrillatactieken.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huurlingen
Naast gewone burgers vochten ook huurlingen mee in de opstand. Huurlingen waren soldaten die tegen betaling dienst namen in het leger.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Raad van Beroerten
De Raad van Beroerten was een speciale rechtbank die werd ingesteld door de Spaanse koning om de opstandelingen te straffen. Veel opstandelingen werden ter dood veroordeeld.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Unie van Utrecht
De Unie van Utrecht was een belangrijk verdrag dat werd gesloten tussen de opstandige gewesten in de Nederlanden. Hiermee werd de basis gelegd voor de vorming van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden
Na de opstand vielen de Nederlanden uiteen in de Noordelijke en de Zuidelijke Nederlanden. In het noorden ontstond de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, terwijl het zuiden onder Spaanse heerschappij bleef.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Belangrijkste begrippen
Raad van Beroerten, Opstand 1568, Watergeuzen, huurlingen, Unie van Utrecht

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting
In deze les hebben we geleerd waarom Willem van Oranje en de watergeuzen belangrijk waren voor het begin van de opstand, op welke manier de bewoners van de Nederlanden zich tegen de Spanjaarden verzetten, en hoe de Nederlanden uiteenvielen in de Noordelijke en de Zuidelijke Nederlanden.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reflectie
Wat heb je geleerd in deze les en wat vond je interessant? Zijn er nog dingen die je niet begrijpt?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 15 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 16 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 17 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.