Auto-onderhoud en -kennis

Auto-onderhoud en -kennis

Leerdoelen

• Verschillende soorten auto's en hun kenmerken benoemen.
• Verschillende soorten brandstoffen die in auto's worden gebruikt beschrijven.
• De verschillende type motoren en hun werking uitleggen.
• De belangrijkste onderdelen van een auto en hun functie identificeren.
• Algemeen gebruikte gereedschappen in de autotechniek opnoemen en hun toepassing beschrijven.
• Uitleggen hoe je gereedschappen op een veilige en effectieve manier gebruikt.
• De verschillende soorten banden benoemen en hun toepassingen uitleggen.
• Beschrijven hoe je een auto veilig opkrikt.
• Stap voor stap uitleggen hoe je een wiel wisselt.
• Het belang van het vastzetten van een wiel met een momentsleutel toelichten.
• De stappen voor een klein onderhoud van een auto beschrijven en uitvoeren.

Wat weet je al over verschillende soorten auto's en hun onderhoud?

Soorten auto's

• Sedans, Hatchbacks, SUV's, Coupés, Stationwagens

Brandstoffen

• Benzine, Diesel, Elektrisch, Hybride

Motortypes

• In-line motoren, V-type motoren, Boxermotoren

Belangrijkste auto-onderdelen

• Motor, Transmissie, Remmen, Ophanging

Gereedschappen

• Schroevendraaiers, Moersleutels, Momentsleutels

Gebruik van gereedschappen

• Juiste maat en instellingen

Banden

• All-season, Winterbanden, Zomerbanden

Auto veilig opkrikken

• Krikpunten, Vlakke ondergrond, Handrem

Wiel wisselen

• Wieldop, Wielmoeren, Nieuw wiel, Momentsleutel

Gebruik van een momentsleutel

• Veiligheid en gelijkmatige belasting

Stappen klein onderhoud

• Motorolie, Luchtfilter, Bougies, Bandenspanning, Vloeistoffen, Verlichting, Ruitenwissers, Remmen inspectie, Accu check, Algemene visuele inspectie

Definitielijst

• Zie eerdere definitielijst

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.