Les 11 - 1MH2

Bienvenue au cours de français 
Mardi 8 octobre 2024

- spullen op tafel (boek, etui, studieplanner, laptop)



1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Bienvenue au cours de français 
Mardi 8 octobre 2024

- spullen op tafel (boek, etui, studieplanner, laptop)



Slide 1 - Diapositive

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?




  • Nakijken exercices
  • Herhalen getallen
  • Herhalen être
  • Uitleg avoir
  • Maken t/m opdracht 10
  • Let op! Uiterlijk a.s. vrijdag je minivlog inleveren (Classroom)

Slide 2 - Diapositive

Après ce cours (na deze les):
- Kun je het werkwoord 'hebben' vervoegen in het Frans in de présent (tegenwoordige tijd)
- Heb je weer nieuwe woorden/zinnen geleerd die te maken hebben met familie





Slide 3 - Diapositive

We gaan nu de getallen en het werkwoord être herhalen

Pak hiervoor je chromebook en log in met de code

Slide 4 - Diapositive

Herhalen getallen
Het Frans getal quatre =
A
6
B
8
C
3
D
4

Slide 5 - Quiz

Herhalen getallen
Het Frans getal neuf =
A
2
B
7
C
9
D
8

Slide 6 - Quiz

Herhalen getallen
Het Frans getal douze =
A
12
B
11
C
10
D
13

Slide 7 - Quiz

Herhalen getallen
Het Frans getal seize =
A
15
B
16
C
17
D
18

Slide 8 - Quiz

Herhalen getallen
Het Frans getal dix-huit =
A
20
B
19
C
18
D
17

Slide 9 - Quiz

Herhalen werkwoord 'être'

"ik ben"
A
tu es
B
je suis
C
il est
D
elle est

Slide 10 - Quiz

Herhalen werkwoord 'être'

"jullie zijn"
A
vous êtes
B
ils sont
C
nous sommes
D
tu es

Slide 11 - Quiz

Herhalen werkwoord 'être'

"zij zijn (v)"
A
nous sommes
B
ils sont
C
vous êtes
D
elles sont

Slide 12 - Quiz

Avoir - Hebben
J'ai - Ik heb
Tu as - Jij hebt
Il / Elle / On a - Hij / Zij / Men heeft
Nous avons - Wij hebben
Vous avez - Jullie hebben / u heeft
Ils / Elles ont - Zij hebben
Let op! Wanneer je in het Frans zegt hoe oud je bént, gebruik je dit werkwoord: "J'ai treize ans" 

Slide 13 - Diapositive

Welke vorm van 'avoir' hoort bij

Tu...
A
ai
B
as
C
a
D
avons

Slide 14 - Quiz

Welke vorm van 'avoir' hoort bij

Nous...
A
a
B
ai
C
avez
D
avons

Slide 15 - Quiz

Hoe vertaal je vanuit het Nederlands:

Jij hebt =
A
J'ai
B
Tu as
C
Il a
D
Elle a

Slide 16 - Quiz

Hoe vertaal je vanuit het Nederlands:

Jullie hebben =
A
Vous avez
B
Nous avons
C
Tu as
D
Elles ont

Slide 17 - Quiz

Les devoirs
Huiswerk voor vrijdag 11 oktober 4e/5e uur

- Maken 8A t/m 8E, 9 en 10
- Lever je Minivlog in via Google Classroom (uiterlijk a.s. vrijdag!)

Slide 18 - Diapositive

Check doelen - nu:
- Kun je het werkwoord 'hebben' vervoegen in het Frans in de présent (tegenwoordige tijd)
- Heb je weer nieuwe woorden/zinnen geleerd die te maken hebben met familie





Slide 19 - Diapositive