Herhaling H4

Economie herhaling H4
3GT
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Economie herhaling H4
3GT

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onzeker voorval

Waar verzeker je je nu eigenlijk voor?

Je krijgt schade alleen vergoed als die het gevolg is van een onzeker voorval. Dat is een gebeurtenis waarvan je niet weet wanneer en of die ooit zal plaatsvinden.


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een onzeker voorval is:
A
Dat is een gebeurtenis waarvan je weet wanneer en of die nooit zal plaatsvinden
B
Dat is een gebeurtenis waarvan je zeker weet wanneer en of die nooit zal plaatsvinden
C
Dat is een gebeurtenis waarvan je niet weet wanneer en of die ooit zal plaatsvinden
D
Dat is een gebeurtenis waarvan je zeker weet wanneer en of die ooit zal plaatsvinden

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Premie
De prijs van de verzekering.

De premie is voor iedereen anders.
De premie is ook voor iedere verzekering anders.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Polis & Premie
Bedrag dat je voor een verzekering moet betalen.
Het bewijs dat je de verzekering hebt afgesloten.
Premie
Polis

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

(1) Verzekeringskosten berekenen

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor het verzekeren van een fiets betaal je €93,-- premie en €6,50 poliskosten. De assurantiebelasting is 21%.
Bereken de verzekeringskosten. Schrijf je berekening op.

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Eigen risico
Eigen risico in de zorg bestaat uit verplicht eigen risico en vrijwillig eigen risico.

Waarom zou je dat doen, een vrijwillig eigen risico ?


Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zorgverzekering
Eigen risico
Aanvullende verzekering
Huisarts
Tandarts
Ziekenhuis
Zorgtoeslag
€385
Fysio

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Aansprakelijkheidsverzekering
= AVP
Deze verzekering vergoed schade die je per ongelijk bij andere toebrengt. 

Voorbeeld:
Je stoot bijvoorbeeld de telefoon van je vriend(in) uit de handen en deze is stuk. Jij bent dan verzekerd met je aansprakelijkheidsverzekering.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

AVP staat voor:
A
Aansprakelijkheidsverzekering particulieren
B
Aanspraakpunt voor problemen
C
Allriskverzekering voor particulieren

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Woonhuisverzekeringen
Inboedelverzekering = deze verzekering dekt de schade door inbraak, brand en waterschade aan spullen in je huis.

Opstalverzekering = Een verzekering tegen schade aan het huis zelf, bijvoorbeeld door brand of storm.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

OPSTAL
VERZEKERING
INBOEDEL
VERZEKERING

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De premie van een woonhuisverzekering
De premie van een woonhuisverzekering wordt vaak uitgedrukt in een tarief per €1.000 verzekerd bedrag.

Hoe groter risico =
 hoe hoger de premie

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgens de verzekeraar is de herbouwwaarde €300.000. Per jaar is de premietarief €1,50 per €1000 verzekerd bedrag. Bereken de premie woonhuisverzekering.

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

(2) Premie woonhuisverzekering
De premie is meestal een bedrag voor elke €1000,- waarvoor je verzekerd bent.




Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

(3) Schadevergoeding bij onderverzekering berekenen.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een huis is verzekerd voor een waarde van €250.000. Er ontstaat een schade van 50.000 door een gedekte gebeurtenis. Bij de schade blijkt de herbouwwaarde €350.000 te zijn.
Bereken de schade-uitkering en pas hierop de onderverzekeringsregel EN een eigen risico van €500,- toe.

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

(4) Onderverzekering voorkomen?
Indexering wordt gebruikt om het bedrag aan te passen aan de prijsstijging.

Basisjaar = altijd 100, tenzij anders aangegeven!


Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Allriskverzekering
Een WA + cascoverzekering samen dekt alle risico's. Daarom noemen we dit een Allriskverzekering.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een WA-verzekering is ...
A
Optioneel
B
Alleen verplicht bij een nieuwe auto / scooter
C
Verplicht voor alle motorvoertuigen
D
Verplicht voor brommers

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Premie autoverzekering
Wat bepaalt de hoogte van de premie van je autoverzekering?
  • WA of WA+Casco verzekerd
  • Aantal km dat je per jaar rijdt
  • Regio waar je woont
  • Leeftijd bestuurder
  • Hoogte van het eigen risico
  • Aantal jaren dat je schadevrij hebt gereden

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

No-claimkorting 
= korting op je premie die je krijgt voor ieder jaar dat   
   je géén schade opgeeft aan de verzekeraar.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bonus-malusladder
Let op!
Vragen ze om premie of korting?

Slide 24 - Diapositive

Na elk schadevrije jaar klim je een trede op de bonus-malusladder. Dat is een tabel waarmee verzekeraars vaststellen hoeveel korting (bonus) of toeslag (malus) je op je premie krijgt. Als je schade claimt (schadevergoeding vraagt) bij de verzekeraar, daal je op de bonus-malusladder. Je verliest dan een deel van je korting. Of je moet zelfs een toeslag op je premie betalen. De premie zonder korting of toeslag = brutopremie. De premie die je uiteindelijk betaalt, dus met korting of toeslag = nettopremie.
Roy heeft voor zijn scooter een WA+casco verzekering afgesloten. De brutopremie is €580 per jaar. Inmiddels heeft Roy twee schadevrije jaren. Als het op een winterse dag glad is, gaat hij met zijn scooter onderuit. De schade aan zijn scooter bedraagt € 200.
Laat met een berekening zien of Roy wel of niet schade moet claimen.
1. Nettopremie volgend jaar als hij de schade wel claimt
  • 1x schade = 25% korting
  • €580 : 100 x 75 = €435
2. Nettopremie volgend jaar als hij de schade niet claimt
  • 3 schadevrije jaren = 60% korting
  • €580 : 100 x 40 = €232
3. Roy kan de schade beter wel / niet claimen, omdat
  • Het premieverschil is €435 - €232 = €203. Dat is meer dan de schade (die kan hij dus beter zelf betalen)



Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zorgtoeslag

Mensen met een laag inkomen kunnen zorgtoeslag krijgen. Zorgtoeslag ontvang je om de kosten van je zorgverzekering te betalen. Vanaf 18 jaar betaal je je zorgverzekering.






Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zorgtoeslag aanvragen. Waar wordt niet naar gekeken als je een zorgtoeslag aanvraagt?
A
Je inkomen
B
Je leeftijd
C
Je vermogen; spaargeld, bezittingen etc.
D
De kosten van je verzekering

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zorgverzekering






Tot achttien jaar ben je gratis meeverzekerd bij je ouders.

Basisverzekering
-is wettelijk verplicht voor iedereen 
Aanvullende verzekering 
voor kosten die niet door de basisverzekering worden gedekt (niet verplicht)

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Is een aanvullende verzekering verplicht?
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een aanvullende verzekering hoort
A
fysiotherapie
B
tandarts voor kinderen
C
fysiotherapie en tandarts voor volwassenen
D
huisarts

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eigen risico
Eigen risico in de zorg bestaat uit verplicht eigen risico en vrijwillig eigen risico.

Waarom zou je dat doen, een vrijwillig eigen risico ?


Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Geef aan of de volgende beweringen juist of onjuist zijn. Sleep de beweringen naar het goede woord. 
Juist
Onjuist
Als je een eigen risico hebt, hoeft de verzekeraar minder schade te vergoeden. 
Bij een verzekering met eigen risico moet je een deel van de schade zelf betalen.
Een onzeker voorval krijg je alleen vergoed als je een eigen risico hebt. 
Wanneer je een eigen risico hebt, moet je een hogere premie betalen. 

Slide 32 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Solidariteit zorgverzekering
Niemand mag geweigerd worden voor de basisverzekering en iedereen betaalt dezelfde premie voor de basisverzekering (verschilt wel per verzekeraar).

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Solidariteit is:
A
Mensen accepteren ook al hebben ze andere waarden dan jij
B
Altijd zo veel mogelijk mensen het ergens mee eens laten zijn
C
De ultieme middenweg tussen politiek links en rechts
D
Gevoel van saamhorigheid en samen consequenties dragen

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Solidariteit is:
A
Mensen accepteren ook al hebben ze andere waarden dan jij
B
Altijd zo veel mogelijk mensen het ergens mee eens laten zijn
C
De ultieme middenweg tussen politiek links en rechts
D
Gevoel van saamhorigheid en samen consequenties dragen

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Klaar? leren

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions