H 6.3 Temperatuur B3 les 3

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

H6 Energie en warmte CE
Benodigheden
- laptop
- Binas
- Rekenmachine 


Tassen op de grond
Telefoons in de zakkie

Welkom Basis 3!
Ga zitten en start met:

Ga verder met de examensite opdrachten. 




Jas over je stoel

Slide 2 - Diapositive

We gaan starten!
                                                                                               Wachttijd:
stopwatch
00:00

Slide 3 - Diapositive

§ 6.1 Energie-omzetting
§ 6.2 Elektrische energie opwekken
§ 6.3 Temperatuur
§ 6.4 Temperatuur en moleculen
§ 6.5 Warmtetransport
§ 6.6 Isolatie

Slide 4 - Diapositive

Lesprogramma
  1. Huiswerk controle
  2. Voorkennis/Terugblik
  3. Leerdoelen
  4. Instructie (uitleg)
  5. Afsluiting 
  6. Huiswerk
  7. Nabespreking

Slide 5 - Diapositive

Huiswerkcontrole
Maak opdrachten op de examensite

Slide 6 - Diapositive

Over welke opgaven van
het huiswerk zijn er vragen?

Slide 7 - Carte mentale

Terugblik
  1. Je kunt beschrijven hoe een elektriciteitscentrale werkt.
  2. Je kunt benoemen welke schadelijke gassen ontstaan bij verbranding van fossiele brandstoffen.
  3. Je kunt uitleggen wat de gevolgen zijn voor het milieu als fossiele brandstoffen worden verbrand.
  4. Je kunt beschrijven wat biomassa is.
  5. Je kunt uitleggen wat duurzame energiebronnen zijn
  6. Je kunt drie manieren beschrijven waarop duurzame energie wordt opgewekt.

Slide 8 - Diapositive

Leerdoelen  6.3 Temperatuur
  1. Je kunt de onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen.
  2. Je kunt beschrijven hoe je een thermometer met een Celsiusschaal ijkt.
  3. Je kunt de werking van drie verschillende soorten thermometers beschrijven.
  4. Je kunt beschrijven wat het absolute nulpunt en de kelvinschaal zijn.
  5. Je kunt de temperatuur in graden Celsius en de temperatuur in kelvin naar elkaar omrekenen.

Slide 9 - Diapositive

De vloeistofthermometer

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

De vloeistofthermometer

Slide 12 - Diapositive

thermometer ijken

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

De Celsiusschaal

De vloeistofthermometer ijken

Slide 15 - Diapositive

Andere soorten thermometers

De digitale koortsthermometer


De analoge oventhermometer

Slide 16 - Diapositive

Bimetaalthermometer
Uitzetting/krimping van metaal
2 verschillende soorten metaal

Slide 17 - Diapositive

Absolute nulpunt
  • Wanneer de temperatuur laag genoeg is bewegen de moleculen niet meer. Dit noemen we het absolute nulpunt.
  • Het absolute nulpunt ligt bij -273°C, 
  • lager dan dit kunnen we niet komen.

Slide 18 - Diapositive

Omrekenen van oC naar Kelvin

Slide 19 - Diapositive

Samenvatting: 1
Er zijn verschillende soorten thermometers.
• Een vloeistofthermometer heeft een reservoir, een stijgbuis en een schaalverdeling.
• Sommige thermometers werken met een bimetaal. Een bimetaal bestaat uit twee strips van verschillende metalen.
• In een elektronische thermometer zit een sensor die reageert op veranderingen in temperatuur.
De Celsiusschaal is de schaalverdeling van een thermometer in graden Celsius.

Slide 20 - Diapositive

Samenvatting: 2
Temperatuur meet je in graden Celsius of in kelvin.
Het absolute nulpunt is de laagste temperatuur die mogelijk is.
Deze is 0 K of −273 °C.

Om de temperatuur om te rekenen van graden Celsius naar kelvin gebruik je de formule:
temperatuur in kelvin = temperatuur in graden Celsius + 273

Om van kelvin naar graden Celsius te rekenen, gebruik je de formule:
temperatuur in graden Celsius = temperatuur in kelvin − 273



Slide 21 - Diapositive

Aan de slag!

Maak van paragraaf 6.3
opdracht: 6 t/m 12
Je mag samenwerken!
rood = Iedereen is stil


oranje = Iedereen is stil, docent beantwoord wel vragen

groen = Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
timer
10:00

Slide 22 - Diapositive

Afsluiting: we weten.................
  1. Je kunt de onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen.
  2. Je kunt beschrijven hoe je een thermometer met een Celsiusschaal ijkt.
  3. Je kunt de werking van drie verschillende soorten thermometers beschrijven.
  4. Je kunt beschrijven wat het absolute nulpunt en de kelvinschaal zijn.
  5. Je kunt de temperatuur in graden Celsius en de temperatuur in kelvin naar elkaar omrekenen.

Slide 23 - Diapositive

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Slide 24 - Carte mentale

Waar wil je nog extra uitleg over?

Slide 25 - Carte mentale

Het is duidelijk waar we met het hoofdstuk aan het werk gaan
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage

Ik begrijp de leerdoelen van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Sondage

De les was leuk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Sondage

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:

  • Zet in je planner!!
  • Maak opdrachten op de examensite

Dank voor jullie aandacht!

Slide 29 - Diapositive