herhaling hoofdstuk 1

Ruimtefiguren
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Ruimtefiguren

Slide 1 - Diapositive

Welke ruimtefiguren herken je?
A
ballon, bol & kegel
B
prisma, bol & kegel
C
kegel, balk & bol
D
bol, kegel & bol

Slide 2 - Quiz

Welke ruimtefiguren
ken je al?

Slide 3 - Carte mentale


Hoeveel ribben
kun je zien?
A
7 ribben
B
8 ribben
C
9 ribben
D
10 ribben

Slide 4 - Quiz

0

Slide 5 - Vidéo

Welke ruimtefiguren
zie je NIET?
A
kegel
B
balk
C
piramide
D
bol

Slide 6 - Quiz

Uitslag kubus

Slide 7 - Diapositive


Welk ruimtefiguur?
A
bal
B
cilinder
C
cirkel
D
bol

Slide 8 - Quiz


Welk wiskundig ruimtefiguur?
A
balk
B
prisma
C
piramide
D
kegel

Slide 9 - Quiz


Welk wiskundig ruimtefiguur herken je?
A
prisma
B
cilinder
C
piramide
D
balk

Slide 10 - Quiz


Welk wiskundig ruimtefiguur?
A
cilinder
B
piramide
C
blik
D
bol

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Vidéo

Bij wiskunde hebben we verschillende soorten ruimtefiguren.








Bij wiskunde hebben we verschillende soorten ruimtefiguren.
Wiskundige ruimtefiguren

Slide 13 - Diapositive

Grensvlakken
Platte zijkanten heten grensvlakken

Ruimtefiguur   Grensvlak: 

Kubus                   Vierkanten
Balk                       rechthoek en soms                                    vierkanten                     Piramide             driehoeken, vierkant etc

Slide 14 - Diapositive


Hoeveel ribben ?
A
0 ribben
B
1 ribben
C
2ribben
D
3 ribben

Slide 15 - Quiz


Hoeveel ribben heeft een kubus?
A
4 ribben
B
8 ribben
C
12 ribben
D
16 ribben

Slide 16 - Quiz

Hoeveel zijvlakken heeft een piramide?
A
1 zijvlak
B
3 zijvlakken
C
4 zijvlakken
D
5 zijvlakken

Slide 17 - Quiz

Hoeveel ribben heeft een piramide?
A
3 ribben
B
4 ribben
C
5 ribben
D
8 ribben

Slide 18 - Quiz


Welke heeft een gebogen grensvlak?
A
piramide
B
cilinder
C
kegel
D
prisma

Slide 19 - Quiz


Welk ruimtefiguur?
A
ballon
B
bal
C
balk
D
bol

Slide 20 - Quiz


Welk ruimtefiguur?
A
bol
B
kegel
C
cilinder
D
prisma

Slide 21 - Quiz

Welk wiskundig ruimtefiguur?

Welk wiskundig ruimtefiguur?

A
balk
B
kubus
C
puzzel
D
kegel

Slide 22 - Quiz


Welk wiskundig ruimtefiguur?
A
cirkel
B
bal
C
cilinder
D
bol

Slide 23 - Quiz

Ribbe
Zijvlak
Hoekpunt

Slide 24 - Question de remorquage

Kegel
Bol
Kubus
Piramide
Balk
Cilinder

Slide 25 - Question de remorquage

Welk zijvlak van de kubus ABCD EFGH is blauw?
A
ABCD
B
BCGF
C
EFGH
D
ADHE

Slide 26 - Quiz


Welk ruimtefiguur?
A
balk
B
prisma
C
kubus
D
piramide

Slide 27 - Quiz

Hoeveel hoekpunten?
A
3 hoekpunten
B
4 hoekpunten
C
5 hoekpunten
D
6 hoekpunten

Slide 28 - Quiz


Welk ruimtefiguur?
A
prisma
B
kegel
C
piramide
D
wigwam

Slide 29 - Quiz

Hoeveel hoekpunten heeft een balk?
A
4 hoekpunten
B
6 hoekpunten
C
8 hoekpunten
D
12 hoekpunten

Slide 30 - Quiz


Hoeveel ribben kun je NIET zien?
A
2 ribben
B
3 ribben
C
4 ribben
D
5 ribben

Slide 31 - Quiz


Welk ruimtefiguur?
A
prisma
B
cilinder
C
piramide
D
kegel

Slide 32 - Quiz

Hoeveel hoekpunten heeft een piramide met een vierhoek als grondvlak
A
4 hoekpunten
B
5 hoekpunten
C
6 hoekpunten
D
7 hoekpunten

Slide 33 - Quiz

Hoeveel hoekpunten heeft een piramide met een driehoek als grondvlak
A
4 hoekpunten
B
5 hoekpunten
C
6 hoekpunten
D
7 hoekpunten

Slide 34 - Quiz

Ruimtefiguren
bol
cilinder
kegel
piramide
balk
kubus

Slide 35 - Question de remorquage

Rechthoek en diagonaal


De zijde maken het figuur

De diagonalen gaat dwars
door het figuur 


Slide 36 - Diapositive

Welke lijn is een diagonaal van rechthoek ABCD
A
AB
B
BD
C
AD
D
BC

Slide 37 - Quiz

Uitslagen

Slide 38 - Diapositive

Bouwplaat

Slide 39 - Diapositive

Uitslag
Bouwplaat zonder plakranden

Slide 40 - Diapositive

Vlakken
Hoekpunten
Ribben
Kubus
Balk
Piramide
Prisma
Cilinder
Kegel
Bol

Slide 41 - Diapositive

Staan bij de hoekpunten kleine letters of hoofdletters?

Slide 42 - Question ouverte


Wat is er bijzonder aan een cirkel: 



Alle afstanden van het middelpunt tot aan de rand van de cirkel (dus de straal) zijn even groot. 

Slide 43 - Diapositive

Een cirkel heeft een straal van 3 cm. Hoe groot is dan de diameter van de cirkel?
A
3 cm
B
4 cm
C
5 cm
D
6 cm

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Vidéo

Wat heb je nodig voor je toets wiskunde morgen (wat neem je mee)

Slide 47 - Question ouverte