2.3 De positie van arbeiders en vrouwen wordt sterker

De positie van arbeiders en vrouwen wordt steeds sterker

Paragraaf 2.3
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De positie van arbeiders en vrouwen wordt steeds sterker

Paragraaf 2.3

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Waar moet je op letten
bij een spotprent?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Deel 1
Samen sterk

Slide 9 - Diapositive

Samenwerken
Eind 19e eeuw richtten arbeiders verzekeringen op. Zij betaalden iedere maand een bedrag. Werden zij toch ziek, konden ze een uitkering krijgen.

Maar; dit pakte de slechte werkomstandigheden niet bij de kern aan !

Slide 10 - Diapositive

Vakbonden
Principe = samen sta je sterker

Vakbonden kwamen op voor de belangen van de arbeider.

Op deze manier durfden arbeiders steeds vaker te staken en protesteren.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Verschillen in vakbonden

  • Socialisten --> Iedereen is gelijkwaardig. De regering moet de arbeiders helpen.
  • Confessionelen --> Protestanten + katholieken.  

  • Ze hadden allen een andere visie en belangen m.b.t. de Sociale Kwestie

Slide 13 - Diapositive

Liberalen aan de macht
Liberalen waren vaak rijke mannen.

Liberalen:
- Vonden vrijheid belangrijk
- Burgers moesten zoveel mogelijk zelf regelen
- Overheid mocht zich niet bemoeien met de samenleving

Slide 14 - Diapositive

Langzaam verbetering
  • Eerste sociale wetten (toch door liberalen) vanaf 1874: Kinderwetje van Van Houten

  • Arbeidswet (1889) --> verbood lange werkdagen + gevaarlijk werk

  • Leerplichtwet (1901) --> Alle kinderen van 6 t/m 12 naar school

Slide 15 - Diapositive

Vóór de Woningwet...
...na de Woningwet

Slide 16 - Diapositive

Algemeen kiesrecht
19e eeuw --> alleen kiesrecht voor mannen die een bepaald bedrag aan belasting betalen 
  • Voorbeeld: rijke mannen, fabriekseigenaren (kozen liberalen)

  • 1886 --> Kiesrecht mannen die kunnen lezen en schrijven......weer geen arbeiders.
  • 1917: Algemeen kiesrecht voor alle mannen

Slide 17 - Diapositive

Feminisme
= Vrouwen die opkomen voor de (gelijke) rechten van de vrouw

Voorbeelden: toelating tot universiteiten en stemrecht

In 1919 --> Algemeen kiesrecht vrouwen (vanaf 25 jaar)

Slide 18 - Diapositive

Huiswerkopdrachten
Maak opdracht van 2.3

Huiswerk voor volgende les.




Slide 19 - Diapositive