Les 8, KA 23: Het streven van vorsten naar absolute macht.

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Les 8, KA 23: Het streven van vorsten naar absolute macht.

Thema 3

Macht

Welk beeld krijg je van deze clip over macht?

En hoe komt dit in de clip tot uiting?

Welk beeld krijg je van deze clip over macht?

En hoe komt dit in de clip tot uiting?

absolutisme

regeringsvorm waarbij de koning in zijn eentje de macht heeft. De koning hoeft dus aan niemand verantwoording af te leggen en staat boven de wet. 

Hij heeft een absolute heerschappij

Wat hebben deze mannen gemeen?

Wat gaan we vandaag doen?

• Inleiding van de les (gedaan)
• Hoofdvraag
• Opdracht; analyseer de spotprent
• Uitleg
  
• Vragen maken
  
• Afsluiting / Huiswerk

Hoofdvraag

Wie had de macht na de Middeleeuwen?

In de Late Middeleeuwen winnen de meeste koningen de strijd om de macht. 

Heren worden door centralisatie buitenspel gezet 

Steden kunnen niet op tegen de huurlegers van de koning. 

Maar niet iedereen is even gelukkig met de koning en diens macht. 

Vier pijlers van absolutisme

zoekt uit wat:

- droit divine betekent en hoe dit een pijler was voor absolutisme,

- wat Lodewijk XIV op bestuurlijk niveau veranderde,

- wat Lodewijk XIV op militair niveau veranderde, 

- wat Lodewijk XIV op economisch niveau veranderde.

droite divine

ambtenaren

Militair

economisch -> mercantilisme

Opdracht

Bekijk de spotprent over een koning. 

Bekijk deze prent eerst 1 min. heel goed. Schrijf alles op wat je ziet (zonder conclusies te trekken). 

“What makes the King?” caricature by William Makepeace Thackeray, 1840.

Opdracht

De eindopdracht is om deze spotprent te begrijpen.

Schrijf zo veel mogelijk dingen op die je zou moeten weten om deze prent te begrijpen. 

Maak van deze dingen vragen. 

Opdracht

Ga op zoek naar de antwoorden. 

Opdracht

Probeer samen met je buur het antwoord op de hoofdvraag te beantwoorden: 

wat is het commentaar van de tekenaar op de koning?

De trend verspreidde zich snel, zowel onder Lodewijks hovelingen als in het buitenland, ongeacht of men wel of geen pruik nodig had. De pruik werd al snel een onmisbaar statussymbool, ten laatste toen de allongepruik in 1676 officieel tot staatspruik werd verklaard. Wie het zich kon veroorloven, kocht pruiken van mensenhaar, de rest moest het doen met paarden- of geitenhaar. Alleen leden van de hoge adel mochten hun pruiken poederen. De koning had zelf 48 pruikenmakers en elke ochtend moesten er vijf pruiken aan hem worden aangeboden zodat hij er een kon kiezen.

zeer giftig kwik werd beschouwd als de beste remedie tegen syfilis. Degenen die ermee werden behandeld, verloren ook snel hun resterende haar. De koning maakte van de nood een deugd. Net als zijn vader koos hij ervoor om een ​​pruik te dragen. Het moet echter niet langer doen alsof het het natuurlijke haar is van de persoon die de pruik draagt ​​- het werd in plaats daarvan een modeaccessoire. De gekrulde allonge-pruik was geboren. Het was volumineus en werd een onmisbaar kenmerk van de grote majesteit. Een koning moet immers een gevoel van waardigheid uitdragen. De pruik bedekte niet alleen een kaal hoofd. Net als schoenen met hakken, die ook erg in de mode waren, voegde de pruik enkele cruciale centimeters toe aan de lengte van de persoon die hem droeg – dit wordt op indrukwekkende wijze weergegeven door deze Engelse karikatuur.

De spotprent ging over deze man: Lodewijk XIV van Frankrijk

De zonnekoning was een perfect voorbeeld van een absoluut vorst. 

En dit absolutisme was ook het grootste commentaarpunt bij de spotprenten: zijn macht. 

Lodewijk XIV: koning van 5 jaar 

Mazarin: baas in de praktijk

'La Fronde' maakt indruk

Vanaf dat moment gaat hij de adel in de gaten houden en hun macht beperken.

En terwijl hij voor hen feestjes geeft, trekt hij de macht naar zich toe. 

Vragen maken

Lezen KA 23

Maken vraag 23.6 t/m 23.9

Afsluiting

• Wat heb je vandaag geleerd?
• Zijn er nog vragen?

Huiswerk

Neem alle paragrafen die je moet leren even kort door voor,