2.5 Nederland: land zonder een echt grote stad deel 1

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

2.5 Nederland: land zonder een echt grote stad






Amsterdam: ongeveer 900.000 inwoners (2022)

Slide 2 - Diapositive

Amsterdam geen echt grote stad!?
-Met 900.000 inwoners zou het in een megastad een wijk zijn

-Een stad als Shanghai telt meer inwoners dan heel Nederland

Nederland is dus meer een land van middelgrote steden en het heeft niet een echt grote stad!

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
-Jullie kunnen benoemen waar de belangrijkste steden en stedelijke gebieden in Nederland liggen

-Jullie kunnen uitleggen hoe een stad zich kan ontwikkelen tot agglomeratie

-Jullie kunnen uitleggen hoe een agglomeratie zich kan ontwikkelen tot stedelijk gebied

Slide 4 - Diapositive

Ontwikkeling van steden NL




Stad-> Agglomeratie-> Stedelijk gebied

Slide 5 - Diapositive

Van stad naar agglomeratie

Slide 6 - Diapositive

Van stad naar agglomeratie
-19e eeuw: grote trek van platteland naar steden (verstedelijking/urbanisatie)

Hierbij groeide niet alleen Amsterdam, wat
tot 1800 een primate city was, maar ook 
Den Haag, Utrecht en Rotterdam!

Slide 7 - Diapositive

De grote steden kregen hun eigen taak
-Den Haag: nationale bestuurscentrum
-Rotterdam: internationale haven- en industriestad

-Utrecht: nationale distributiecentrum en vergadercentrum
-Amsterdam: financieel, diensten- en toeristencentrum

Slide 8 - Diapositive

Van stad naar agglomeratie
-19e eeuw: grote trek van platteland naar steden (verstedelijking/urbanisatie)

-20e eeuw: veel steden groeiden over 
hun stadsgrens heen en slokten 
omringende dorpen op (agglomeratie)
 

Slide 9 - Diapositive

Agglomeratie
=aaneengesloten stedelijke bebouwing die zich over meer dan één gemeente uitstrekt

Slide 10 - Diapositive

Opdracht
Leg in eigen woorden uit hoe een stad zich kan ontwikkelen tot een agglomeratie

Benoem in je antwoord de betekenis van het begrip agglomeratie

5 minuten

Slide 11 - Diapositive

Opdracht
Een stad kan zich ontwikkelen tot een agglomeratie doordat in de 19e eeuw veel mensen van het platteland naar de stad trokken. Dit wordt ook wel urbanisatie of verstedelijking genoemd. 

Vervolgens groeide deze stad in de 20e eeuw over haar stadsgrenzen heen en hierbij slokten ze omringende dorpen op. Op deze manier ontstond er een aaneengesloten stedelijke bebouwing die zich over meer dan één gemeente uitstrekt (agglomeratie).

Slide 12 - Diapositive

Ontwikkeling van steden NL




Stad-> Agglomeratie-> Stedelijk gebied

Slide 13 - Diapositive

Van agglomeratie naar stedelijk gebied

Slide 14 - Diapositive

Van agglomeratie naar stedelijk gebied
Vanaf 1961 kwam de suburbanisatie op gang want:
-Mensen willen niet langer wonen in overvolle steden waar geen geschikte en betaalbare woonruimte te vinden is

-Welvaart stijgt, autobezit neemt toe en dit maakt wonen buiten de stad mogelijk

Slide 15 - Diapositive

Suburbanisatie
Naast mensen verlaten ook bedrijven de centrale steden:

-Zij vestigen zich op nieuwe 
bedrijventerreinen buiten de stad

-Deze zijn beter bereikbaar, er is 
meer ruimte & grond goedkoper

Slide 16 - Diapositive

Gevolg van suburbanisatie
Invloed van stad breidt zich steeds verder uit over omringende platteland


Hierdoor ontstaat stadsgewest= gebied 
waarin omringende plaatsen op tal van 
manieren verbonden zijn met centrale stad

Daarom noemen we een stadsgewest ook wel een netwerkstad

Slide 17 - Diapositive

Netwerkstad
=een stadsgewest waarvan de onderdelen op tal van terreinen met elkaar verbonden zijn

Slide 18 - Diapositive

Opdracht
Leg in je eigen woorden uit hoe een agglomeratie zich kan ontwikkelen tot stadsgewest

Verwerk in je antwoord de betekenis van het begrip stadsgewest

5 minuten

Slide 19 - Diapositive

Opdracht
Door suburbanisatie verlieten mensen en bedrijven de volle steden. Zo breidt de invloed van de stad zich steeds verder uit over het omliggende platteland. Zo ontstaat een stadsgewest: een gebied waarbij de omringende plaatsen op tal van terreinen verbonden zijn met een centrale stad.

Slide 20 - Diapositive

Stadsgewesten
-Groeien steeds meer naar elkaar toe
-De verbindingswegen tussen stadsgewesten zijn namelijk ideale vestigingsplaatsen voor mensen en bedrijven


Zo ontstaan stedelijke gebieden

Slide 21 - Diapositive

Stedelijke gebieden
=gebied waarin een aantal stadsgewesten liggen die goed met elkaar verbonden zijn 

Bijvoorbeeld de Randstad: met als centrale steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht. 

De vier steden zijn door een open 
ruimte, het Groene Hart, gescheiden

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Groene hart
De overheid probeert aantasting van deze open ruimte tegen te gaan door tegen de grote steden aan nieuwe wijken te plannen.

Dat zijn de Vinex-wijken= nieuw 
stadsdeel (na 1995) dat tegen de
oude stad is aangebouwd

Slide 24 - Diapositive

Opdracht
Leg in je eigen woorden uit hoe een stadsgewest zich kan ontwikkelen tot een stedelijk gebied


Benoem in je antwoord de betekenis van het begrip stedelijk gebied

5 minuten

Slide 25 - Diapositive

Opdracht
Een stadsgewest is een gebied waarbij de omringende plaatsen op tal van terreinen verbonden zijn met een centrale stad. Deze stadsgewesten groeien naar elkaar toe en in de ruimte tussen de gewesten vestigen mensen en bedrijven zich. Zo ontstaan stedelijke gebieden. Dit zijn gebieden waarin een aantal stadsgewesten liggen die goed met elkaar verbonden zijn.

Slide 26 - Diapositive

Ontwikkeling van steden NL




Stad-> Agglomeratie-> Stedelijk gebied

Slide 27 - Diapositive

Leerdoelen
-Jullie kunnen benoemen waar de belangrijkste steden en stedelijke gebieden in Nederland liggen

-Jullie kunnen uitleggen hoe een stad zich kan ontwikkelen tot agglomeratie

-Jullie kunnen uitleggen hoe een agglomeratie zich kan ontwikkelen tot stedelijk gebied

Slide 28 - Diapositive

Huiswerk
-Lezen paragraaf 2.5
-Maken opdrachten 1, 2 en 3a/b van paragraaf 2.5

Slide 29 - Diapositive