Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
3. De Grieken
3.3 Geloven en weten
Slide 1 - Diapositive
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat mythologie is en wat filosofen zijn.
Belangrijke begrippen:
Barbaren, beschaving, mythen, sagen en legenden.
Orakel en filosofie.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Zeus
Oppergod
Slide 4 - Diapositive
Hera
Godin van het huwelijk
Getrouwd met Zeus
Behalve de vrouw van Zeus, ook zijn zus
Romeinse naam: Juno
Slide 5 - Diapositive
Ares
God van de oorlog
Romeinse naam: Mars
Slide 6 - Diapositive
Hefaistos
God van het vuur
Smid van de Goden
Romeinse naam: Vulcanus
Slide 7 - Diapositive
Verhalen in het Grieks
De Grieken zagen zichzelf als een hoog ontwikkelde beschaving. Andere culturen noemden ze barbaren
Iedere beschaving heeft zo zijn eigen mythen,sagen,legendenen soms ook epossen
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Waarom is het werk van Homerus belangrijk voor historici?
Slide 10 - Question ouverte
Orakel van Delphi
Veel Grieken vroegen raad bij een orakel
Een orakel stond in contact met de goden en kon vaak de toekomst voorspellen
Croesus vroeg raad aan het orakel van Delphi, dat voorspelde er een groot rijk zou vallen wanneer hij ten oorlog trok naar Perzië. Echter viel niet het Perzische, maar zijn eigen rijk
Slide 11 - Diapositive
Liefhebber van de wijsheid
In de 6e eeuw voor Chr. kwamen er steeds meer Grieken die niet in de mythen geloofden
Ze wilden door logisch na te denken tot verklaring komen i.p.v. in mythes te geloven
Deze wetenschappers werden filosofengenoemd
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Onderzoekers
Wanneer iemand ziek werd, moest deze niet de goden om genezing vragen, maar zijn lichaam onderzoeken naar een biologische oorzaak. Dat vond Hippocrates
Pythagoras was een bekende Griekse wetenschapper die wiskunde en natuurkunde bestudeerde. Naar hem is de stelling van Pythagoras vernoemd
Slide 14 - Diapositive
Hoe noemen de Grieken volken met een minder ontwikkelde cultuur dan hun eigen?
A
Mafkezen
B
Heidenen
C
Barbaren
D
Ketters
Slide 15 - Quiz
Waarom moest Socrates een gifbeker leegdrinken?
A
Hij zag er dorstig uit
B
Hij had de koning beledigd
C
Hij stelde vervelende vragen
D
Hij geloofde niet in de goden
Slide 16 - Quiz
Maken
Maken: §3.3
Slide 17 - Diapositive
Waarom noemen de Grieken veel andere culturen barbaren?
Slide 18 - Question ouverte
Wat is een orakel en waarom vonden de Grieken dat belangrijk?