Les 5 - introducción rutina diaria y verbos reflexivos

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Clase de español - V3

Objetivo de la clase

Evaluar tu examen del tema 1

Vas a aprender los verbos de la rutina diaria

Evaluar tu examen

Je gaat onderzoeken wat er goed en niet goed ging bij de toets.

Je gaat bedenken hoe je het volgende keer beter kan doen.

Bekijk je toets en vul het evaluatieformulier (2-zijdig) in.

Neem hier de tijd voor.

Waarom is dit belangrijk?

Inleveren bij docent - je krijgt het terug voor het volgende proewerk

Traduce al español
Hoe laat is het?
Het is één uur.
Het is vijf over twee.
Het is kwart voor vier.

La clase anterior

A la profe le gustan los
helados ¿Y a ti?

La clase anterior

Los deberes para hoy

Corregir los deberes

• Son las cuatro menos veinte (de la mañana)
• Son las nueve y veinte (de la mañana)
• Son las doce menos veinticinco (de la mañana)
• Son las seis y diez (de la tarde)
• Es la una (de la noche)
• Son las cuatro y veinticinco (de la tarde).
• Son las once menos cuarto (de la mañana)
• Son las ocho y cinco (de la mañana)
• Son las dos y media (de la tarde).

Objetivo de la clase

Vas a aprender los verbos de la rutina diaria

Tu rutina en holandés

Schrijf een lijst met werkwoorden in je schrift die je gebruikt om je dagelijkse routine te beschrijven (en holandés)

Van opstaan t/m naar bed gaan

Tu rutina en español

Mira la siguiente imagen

Schrijf nu de vertaling naar het Spaans van de werkwoorden in jou schrift.

Kan je alles vinden op p. 18?

Waar kan je nog meer kijken?

Tu rutina en español

• Wat valt je op aan een aantal werkwoorden in het Spaans?
• Precies: er staat -se achter het hele werkwoord
• Wat zou dat betekenen?
• Hoe noemen wij die werkwoorden in het Nederlandse?

Los verbos reflexivos - zelfstandig

Mira el video y apunta:

 

1. ¿Qué son verbos reflexivos?

2. ¿Cómo formas verbos reflexivos en español?

3. Apunta la traducción española de las siguientes verbos reflexivos:

Zich opmaken, nemen (van een drankje), naar bed gaan, opstaan, parfum opdoen, zich wassen, haren kammen,tanden poetsen lachen, zich vervelen

Los verbos reflexivos - zelfstandig

Mira el video y apunta en tu cuaderno

 

1. ¿Qué son verbos reflexivos?

2. ¿Cómo formas verbos reflexivos en español?

3. Apunta la traducción española de las siguientes verbos reflexivos:

Zich opmaken, nemen (van een drankje), naar bed gaan, opstaan, parfum opdoen, zich wassen, haren kammen,tanden poetsen lachen, zich vervelen

Zich opmaken

nemen (van drankje)

naar bed gaan

opstaan

parfum opdoen

haren kammen

tanden poetsen

zich vervelen

zich wassen

peinarse

perfumarse

maquillarse

levantarse

cepillarse los dientes

acostarse

aburrirse

tomarse

lavarse

Escribe aquí la conjugación de
ducharse

Los verbos reflexivos regulares

levantarse

me levanto

te levantas

se levanta

nos levantamos

os levantáis

se levantan

Deze werkwoorden gaan net zo:

- ducharse (douchen)

- bañarse (in bad gaan)

- lavarse (zich wassen)

- maquillarse (zich opmaken)

- cepillarse los dientes (tandenpoetsen)

- peinarse (haren kammen)

Leerwerk

 Me duermo

Me despierto

Me acuesto

Vestirse

Me visto

Escribe la forma ''yo'' en tu cuaderno

1. despertarse (ie)

2. empezar (ie)

3. merendar (ie)

4. almorzar (ue)

5. acostarse (ue)

6. dormir (ue)

7. vestirse (i)

Niet alle werkwoorden zijn wederkerend

OJO

• Sommige werkwoorden zijn in het Spaans wel wederkerend en in het Nederlands niet: despertarse (wakker worden) levantarse (opstaan)
• Sommige wederkerende werkwoorden hebben ook een stamklinkerwisseling: despertarse (ie), acostarse (ue) (naar bed gaan), vestirse(e/i) (zich aankleden)
• Alléén werkwoorden die eindigen op -se zijn wederkerend, pas dus op dat je niet overal me, te, se etc. voor gaat zetten!!!

Practicamos con el juego de la memoria

Pincha aquí

(¡puedes escuchar la pronunciación también!)

Tu rutina en la mañana en español

Schrijf 7 zinnen over jouw routine in de ochtend.

Schrijf ook op hoe laat je die dingen doet.

Gebruik onderstaande werkwoorden

levantarse - ducharse - desayunar - cepillarse los dientes

ir al cole - empezar (ie) las clases - almorzar (ue) 

Om acht uur = A las ocho (de la mañana / de la noche)

Evaluación

¿Qué verbos reflexivos conoces?

¿Cómo funcionan los verbos reflexivos?

¿Qué tipos de verbos irregulares hay?

¿Qué palabras relacionadas a la rutina diaria conoces?

Los deberes

Leren los verbos reflexivos (lessonup 5 en jouw aantekeningen)

Afmaken de oefening op slide 25 van lessonup 5 in je schrift

Leren vocabulaire ''la rutina diaria'' p. 50 y 51