Leesvaardigheid Schritt für Schritt

6
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

6

Slide 1 - Diapositive

Was weißt du schon?
Een woord opzoeken kost veel tijd en gaat ten koste van je concentratie. 
Daarom is het nuttig veelvoorkomende examenvragen uit je hoofd te leren.

Slide 2 - Diapositive

Welche Funktion hat der 6. Absatz ?

Slide 3 - Question ouverte

Welche Ergänzung passt in die Lücke in Zeile ......

Slide 4 - Question ouverte

Was möchte der Verfasser im 5. Absatz betonen ?

Slide 5 - Question ouverte

Welche Aussage stimmt mit dem Text überein ?

Slide 6 - Question ouverte

In welchem Satz gibt es Daten für diese Schlussfolgerung ?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Diapositive

Welk signaalwoord/functiewoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.
zum Beispiel
zudem
denn
obwohl
daher
voorbeeld
opsomming
reden / oorzaak
tegenstelling
gevolg / conclusie

Slide 9 - Question de remorquage

Ich habe wirklich alles gemacht um gute Noten zu bekommen: viele Stunden gelernt, geübt und immer Hausaufgaben gemacht
A
gevolg/conclusie
B
vergelijking
C
concretiseren
D
tegenstelling

Slide 10 - Quiz

Ich mache alle Aufgaben mit den Trucs von Herrn Lucassen. Schließlich habe ich die Leseprüfung gut bestanden.
A
gevolg/conclusie
B
reden/verklaring
C
tegenstelling
D
uitbreiding/opsomming

Slide 11 - Quiz

tekstverbanden
Elke examentekst bevat een aantal vragen over tekstverbanden.

Slide 12 - Diapositive

Abstahierung
A
voorbeeld geven
B
generalisatie
C
beperking

Slide 13 - Quiz

Einschränkung
A
beperking
B
uitbreiding
C
concretisering

Slide 14 - Quiz

Schlussfolgerung
A
tegenstelling
B
voorwaarde
C
conclusie

Slide 15 - Quiz

Steigerung
A
voorbeeld geven
B
versterking
C
samenvatting

Slide 16 - Quiz

Konkretisierung
A
versterking
B
reden
C
voorbeeld geven

Slide 17 - Quiz

emoties in examenteksten
Hoe drukken mensen hun gevoelens uit in een tekst ?
Wat is negatief en wat is positief ?

Slide 18 - Diapositive

eifersüchtig

Slide 19 - Question ouverte

mit Schadenfreude

Slide 20 - Question ouverte

mit Begeisterung

Slide 21 - Question ouverte