Examentraining schrijfvaardigheid 2023

Welkom


Examentraining Nederlands
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 130 min

Éléments de cette leçon

Welkom


Examentraining Nederlands

Slide 1 - Diapositive

CSE Nederlands 

Dinsdag 23 mei
13:30 - 15:30

Twee klokuren = 120 minuten


 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Wat krijg je op het CSE?

  1. tekst -> circa 20 minuten
  2. tekst -> circa 25 minuten
  3. Advertentietekst -> circa 10 minuten
  4. tekst -> circa 30 minuten
  5. Schrijfopdracht -> circa 30 minuten

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Laatste onderdeel = schrijven
Je bereidt je voor op drie onderdelen:

  1. Artikel
  2. Zakelijke mail
  3. Zakelijke brief

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

13 punten:
  •  Inhoud: 6 pnt
Alle punten die gevraagd worden, moeten in je schrijfopdracht zitten. Elk onderdeel dat niet of niet goed in je tekst staat, kost je een punt.

  • Taalgebruik: 5 pnt
Met taalgebruik wordt bedoeld: formulering, spelling en interpunctie.

  •  Presentatie: 2 pnt
Je tekst moet overzichtelijk en volgens de afgesproken regels (=conventies) geschreven zijn.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Zakelijke brief 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Zakelijke e-mail
Conventies

Slide 14 - Diapositive

Zakelijke e-mail

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Een artikel schrijven
In een informatief artikel geef je de lezer informatie 
over een bepaald onderwerp

Slide 17 - Diapositive

Titel Artikel

  • Inleiding
  • Kern
  • Slot


Naam
Klas




Slide 18 - Diapositive

Artikel

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Controleer op inhoud (6p)


Heb je alle punten verwerkt?
Ben je niets vergeten?

Slide 21 - Diapositive

Controleer op taalgebruik (5p)

Spelling / werkwoordspelling / hoofdletters

Formulering: zinsopbouw

Interpunctie: punten / komma's (leestekens)

Slide 22 - Diapositive

Schrijf netjes en zorgvuldig
Neem de tijd!
Als je zorgvuldig schrijft, maak je veel minder fouten!

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

                      Meest gemaakte fouten in het examen!
                                   Verbeter onderstaande zinnen:

1. Beste mevrouw van der veen (3 fouten)
2. Hallo Ik mail u na aanleiding van u mail waarin u vraagt naar me feedback. (3 fouten)
3. Ik ben Natan de vries, en zit in de 4e klas van de Mavo. (5 fouten) 
5. Hun vinden het leuk dat er eindenlijk weer een LSD word georganiseert. (4 fouten)
6. Ze worden teveel belemmert in hun vrijheid. (2 fouten)
7. Op Maandag 16 Mei is ons 1e examen nederlands. (4 fouten)
8. Me verwachtingen zijn hooggespannen. (2 fouten) 
























Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Vidéo

Slide 28 - Vidéo

Slide 29 - Vidéo

Slide 30 - Diapositive

De quizzzzzz
Pak je telefoon!!

Slide 31 - Diapositive

Aan welke eisen moet een goede titel voldoen?

Slide 32 - Question ouverte

Welke titel voor een artikel over verschillende soorten koekjes is goed?
A
Lekker.
B
Soorten koekjes
C
Welke soort koekjes is het lekkerst?
D
Sprits, rondo's, gevulde koeken

Slide 33 - Quiz

Welke leestekens mag je gebruiken aan het eind van de titel?

Slide 34 - Question ouverte

Je mag geen afkortingen gebruiken in je mail, brief of artikel, n.a.v. moet je dus voluit schrijven. Wat is de juiste spelling?

Slide 35 - Question ouverte

wat is een synoniem van: naar aanleiding van?
A
zoals
B
maar
C
daardoor
D
vanwege

Slide 36 - Quiz

wat is de juiste aanhef?
A
Geachte mevrouw Thijssen
B
Geachte Mevrouw Thijssen,
C
Geachte mevrouw Thijssen,
D
geachte mevrouw Thijssen,

Slide 37 - Quiz

Wat is de juiste aanhef?
A
Geachte mevrouw Van Dijk,
B
Geachte Mevrouw Van Dijk,
C
Geachte mevrouw Van Dijk
D
Geachte mevrouw van Dijk,

Slide 38 - Quiz

Op welke onderdelen wordt je opdracht niet beoordeeld?
A
Taalgebruik
B
Originaliteit
C
Inhoud
D
Conventies

Slide 39 - Quiz

Hoe eindig je een e-mail?
A
Groetjes,
B
Groet,
C
Met vriendelijke groet,
D
De groeten,

Slide 40 - Quiz

Je schrijft de zakelijke e-mail aan de klantenservice van de Hema. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte klantenservice,
B
Geachte Hema,
C
Geachte heer, mevrouw,
D
Geachte medewerkers,

Slide 41 - Quiz

Welke zin is juist gespeld?
A
Naar aanleiding van me gesprek met u, mail ik u.
B
Na aanleiding van mijn gesprek met u, mail ik u.
C
Naar aanleiding van mijn gesprek met u, mail ik u.

Slide 42 - Quiz

Je schrijft een zakelijke e-mail aan Lars Wouters. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte meneer Wouters,
B
Geachte Lars Wouters,
C
Geachte heer,
D
Dag meneer Wouters,

Slide 43 - Quiz

Mag je een artikel met 'HALLO' beginnen?
A
ja
B
nee

Slide 44 - Quiz

Is een TITEL boven een artikel verplicht?
A
ja
B
nee

Slide 45 - Quiz

Hoe sluit je een artikel af? Je schrijft onderaan:
A
Met vriendelijke groet + je naam en klas
B
Alleen je naam en klas

Slide 46 - Quiz

Slide 47 - Diapositive