ch 3 bron H oefenen

  • Voca
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

  • Voca

Slide 1 - Diapositive

Dans ce cours...

  • Adjectif possessif
  • Vocabulaire

Slide 2 - Diapositive

La roue
Welk bezittelijk voornaamwoord kan het zelfstandig naamwoord krijgen?

Slide 3 - Diapositive

Article défini (bepaald lidwoord)


De/het =
  • le > mannelijk
  • la > vrouwelijk
  • l' > klinker/stomme h
  • les > meervoud

la fille
le garçon
l'ami
les amis

Slide 4 - Diapositive

le
la
l'
les
ami
portable
garçons
géographie
blague
élève
parents
contrôle

Slide 5 - Question de remorquage

Article indéfini (onbepaald lidwoord)


Een =
  • un > mannelijk
  • une > vrouwelijk


une fille
un garçon

Slide 6 - Diapositive

un
une
cantine
monsieur
collège
classe
maison
sac à dos

Slide 7 - Question de remorquage

Adjectif possessif
(bezittelijk voornaamwoord)
  • Een bezittelijk voornaamwoord geeft een bezit aan, van wie iets is. 
  • Een bezittelijk voornaamwoord heeft in het Frans 3 vormen: mannelijk, vrouwelijk en meervoud. 
  • In het Frans kijk je niet naar de persoon van wie het is, maar naar het zelfstandig naamwoord dat erachter staat!
  • Aan het lidwoord kan je zien welke vorm je moet kiezen.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Adjectif possessif
(bezittelijk voornaamwoord)
Let op!

  • Son/sa/ses kunnen zijn of haar betekenen. 
  • Sa soeur betekent dus zijn zus of haar zus. 
  • Dit kan je meestal uit de context (de zin) opmaken. 
  • Zo niet, dan kies je zelf de vertaling.

Slide 10 - Diapositive

la mère
A
ton mère
B
ta mère
C
tes mère

Slide 11 - Quiz

un frère
A
son frère
B
sa frère
C
ses frère

Slide 12 - Quiz

le chat
A
mon chat
B
ma chat
C
mes chat

Slide 13 - Quiz

les copains
A
ton copains
B
ta copains
C
tes copains

Slide 14 - Quiz

une cousine
A
son cousine
B
sa cousine
C
ses cousine

Slide 15 - Quiz

les soeurs
A
mon soeurs
B
ma soeurs
C
mes soeurs

Slide 16 - Quiz

tante
grands-parents
père
mon
ma
mes
ton
ta
tes
son
sa
ses

Slide 17 - Question de remorquage

... musée
A
son
B
sa
C
ses

Slide 18 - Quiz

... devoirs
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 19 - Quiz

... langue
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 20 - Quiz

... note
A
son
B
sa
C
ses

Slide 21 - Quiz

... école
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 22 - Quiz

... notes
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 23 - Quiz

Vertaal: mijn geheim

Slide 24 - Question ouverte

Vertaal: jouw afspraak

Slide 25 - Question ouverte

Vertaal: zijn rugzak

Slide 26 - Question ouverte

Vertaal: mijn leerling

Slide 27 - Question ouverte

Vertaal: jouw ouders

Slide 28 - Question ouverte

Vertaal: haar toets

Slide 29 - Question ouverte