Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Oefentoets biologie
Thema ordening Basisstof 1 t/m 8
Niveau TL
16 vragen (waar/nietwaar + ABCD + Open Vragen)
Slide 1 - Diapositive
Welke 3 kenmerken van cellen worden gebruikt bij het indelen van organismen in 4 rijken?
Slide 2 - Question ouverte
Van wie is welke cel?
Dier
Schimmel
Bacterie
Plant
Slide 3 - Question de remorquage
Hoe planten bacteriën zich voort?
A
sporen
B
deling
Slide 4 - Quiz
Op welke manier plant een schimmel zich voort?
Slide 5 - Question ouverte
Bij welke groep van planten vindt de voortplanting plaats door middel van sporen die ontstaan in hoopjes aan de onderkant van de bladeren?
A
Bij de bomen
B
Bij de grassen
C
Bij de mossen
D
Bij de varens
Slide 6 - Quiz
In de herfst zijn er veel paddenstoelen.
Waardoor komt dit?
A
er ligt weinig afgevallen blad, de lucht is vochtig en de temperatuur is hoger dan in de winter
B
er ligt veel afgevallen blad, de lucht is droog en de temperatuur is al laag
C
er ligt veel afgevallen blad, de lucht is vochtig en de temperatuur is hoger dan in de winter
Slide 7 - Quiz
(je kan inzoomen)
Deze tekst lees je door voordat je de vraag in de volgende dia kunt beantwoorden. Curaçao is een eiland in het Caribische gebied. Er komen veel bijzondere soorten planten en dieren voor. Het is bijvoorbeeld de thuishaven van de dividivi, de gebogen boom die een buiging lijkt te maken naar zijn publiek (zie afbeelding). De dividivi leunt altijd naar het westen vanwege de overheersende westenwinden. Hij kan 2–3 keer per jaar bloeien (bloemen).
Slide 8 - Diapositive
Hoort de Dividivi tot de sporenplanten of tot de zaadplanten?
Uit welke informatie uit de tekst kun je dat afleiden? (2p) Dit is een …………………………………… Dat weet ik doordat …………
Slide 9 - Question ouverte
De Curaçaose zweepslang (zie afbeelding) is een van de twee soorten slangen op het eiland.
Leg uit dat een zweepslang 's morgens eerst een tijd moet opwarmen, voordat hij actief kan worden.
Slide 10 - Question ouverte
Tot welke afdeling van het dierenrijk behoort het dier in afbeelding? (je kan inzoomen)
A
Tot de neteldieren.
B
Tot de weekdieren
C
Tot de wormen
Slide 11 - Quiz
In de afbeelding is een salamander weergegeven De huid van een salamander is bedekt met slijm. Een salamander haalt adem met de longen en met de huid. Een salamander plant zich voort door eieren zonder schaal. Tot welke groep van de gewervelden behoort een salamander? (je kan inzoomen)
A
Tot de amfibieën
B
Tot de reptielen
C
Tot de vissen
Slide 12 - Quiz
In afbeelding 9 is een gevleugelde werkmier getekend. Werkmieren hebben gewoonlijk geen vleugels, maar in de zomer ontwikkelen zich in hun nest gevleugelde mieren. Deze verlaten met duizenden tegelijk het nest en vliegen de wijde wereld in. Aan welk deel van het lichaam zijn de vleugels van een vliegende werkmier bevestigd?
A
Aan de kop
B
Aan het borststuk
C
Aan het achterlijf
Slide 13 - Quiz
In welke 4 groepen wordt de stam van de geleedpotigen ingedeeld?