Hoofdstuk 4 les 3 informatie verwerken

Betrouwbaarheid
Welkom
omgaan met bewijs 
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
MediawijsheidMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Betrouwbaarheid
Welkom
omgaan met bewijs 

Slide 1 - Diapositive

Wat typ je in bij google als je plaatje wilt van vliegtuigen maar geen boeing?

Slide 2 - Question ouverte

Wie waren de laatste bewoners van dit gebouw? Geef ook je bron aan

Slide 3 - Question ouverte

deze les
Hoe gebruik je de informatie nu correct? 

Slide 4 - Diapositive

theorie
Tja..
 Geef me je bewijs!
Probleem 1

Slide 5 - Diapositive

Auteursrecht
Wanneer jij een foto, filmpje, tekst, lied, schilderij of sieraad maakt, heb je automatisch het auteursrecht. Auteursrecht wordt ook wel copyright genoemd. Daar gebruiken we vaak het symbool © voor.
Portretrecht: Dit geld ook voor plaatjes.

Slide 6 - Diapositive

Plagiaat = schending auteursrecht
In de werkelijkheid betekent dit schadevergoedingen.
Op school = 1

Slide 7 - Diapositive

Bron altijd vermeld

Slide 8 - Diapositive

Copy+past = plagiaat
Je mag de bron die je gebruikt samenvatten
Je mag onderdelen uit de bron die je gebruikt gebruiken en mixen met eigen woorden = parafraseren
Je mag letterlijke onderdelen uit de bron "quoten". 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

In tekst verwijzing

Slide 11 - Diapositive

Wat doe jij meestal
1. SAMENVATTEN: Algemene informatie die je uit je bronnen leert in je EIGEN woorden zetten, en de auteur de eer geven.
2. PARAPHRASEREN: Herformuleren van meer specifieke punten op een manier die dichter bij hoe de auteur schreef, en met vermelding van de auteur krediet.
3. DIRECT QUOTES: Enkele exacte woorden van de auteur overnemen, maar ze tussen aanhalingstekens plaatsen en de auteur de eer geven.

Slide 12 - Diapositive

Wat doe jij meestal
1. SAMENVATTEN: Algemene informatie die je uit je bronnen leert in je EIGEN woorden zetten, en de auteur de eer geven.
2. PARAPHRASING: Herformuleren van meer specifieke punten op een manier die dichter bij hoe de auteur schreef, en met vermelding van de auteur krediet.
3. DIRECT QUOTES: Enkele exacte woorden van de auteur overnemen, maar ze tussen aanhalingstekens plaatsen en de auteur de eer geven.

Slide 13 - Diapositive

1. in tekst verwijzing
Een typische training kan tot 4 uur duren en bestaat uit rekoefeningen, oefeningen, gewichtheffen en oefenwedstrijden (Mori, 2015). 

Volgens Samantha Buglover (2013) hebben venusvliegenvallen extra stikstof nodig, dus die halen ze uit insecten (p. 8). 


Vorm is:
- volgens auteur (jaartal) 
- (achternaam, jaartal) achteraan de zin.


Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Geef de in tekst verwijzing voor de bron

Slide 16 - Question ouverte

In tekst verwijzing
Een bronnenlijst

Slide 17 - Diapositive

2. bronnenlijst doe je het zo
Mori, J. (2015, October 4). The daily life of a sumo wrestler. Gevonden op http://www.interesting.com/sumo
Vorm: achternaam, voorletter.(jaartal, exacte datum). titel. gevonden op exacte website

Buglover, S. (2013). The great outdoors. 
Vorm: achternaam, voorletter.(jaartal). titel. 



 

Slide 18 - Diapositive

Wat is de bronvermelding van het onderstaande boek?
Title: Mummy
Author: James Putnam
Page: 14
Year: 1993

Slide 19 - Question ouverte

Je moet het altijd 2 keer doen
Kort in de de tekst = In de tekst verwijzing
Lang in de bronnenlijst: aan het einde van je stuk

Slide 20 - Diapositive

De lange referentie van de informatie die u van cito kreeg op www.cito.com. U hebt de informatie op 29 november 2013 bekeken, maar op de site staat geen datum.
Geef de verwijzing

Slide 21 - Question ouverte

De in tekst verwijzing van een artikel van T. Ashwell in tijdschrift second language writing uit 19 november 2000.

Slide 22 - Question ouverte

Huiswerk opdracht
Schrijf een 5 alinea verslag waarin je uitlegt waarom puppies kauwen op bijna alles wat in de buurt van hun mond komt. 
Je start met een introductie
Je geeft 3 redenen waarom puppies kauwen op van alles. Elke reden heeft zijn eigen alinea.
Voor iedere bron in de tekst gebruik je verwijzingen volgens apa in de tekst.
Geef een conclusie
eindig met je bronnenlijst op de juist manier volgens apa


Slide 23 - Diapositive