Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
4.3 kan het sneller en beter?
Slide 1 - Diapositive
Noem de 4 productiefactoren
Slide 2 - Question ouverte
De totale kosten bedragen 50.000 euro en er zijn 950 producten geproduceerd. Bereken de kostprijs per product.
Slide 3 - Question ouverte
De omzet van de Jumbo in Heemskerk bedraagt 1.500.000 euro. De kosten zijn 1.300.000 euro. Bereken de winst of verlies.
Slide 4 - Question ouverte
Leerdoelen
Je weet wat technologische ontwikkelingen zijn.
Je kunt uitleggen wat mechanisatie en automatisering is.
Je weet wat arbeidsproductiviteit is en hoe deze kan toenemen.
Je kunt de afschrijving van een kapitaalgoed berekenen.
Slide 5 - Diapositive
Leerdoel 1:
Je weet wat technologische ontwikkelingen zijn.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
4.3 Kan het sneller en beter?
Typemachine
Laptop
Slide 8 - Diapositive
Koop jij pas een nieuwe telefoon als je oude helemaal op is, of koop je er meteen een als er een nieuw model op de markt komt? Leg je keuze uit.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Leerdoel 2:
Je kunt uitleggen wat mechanisatie en automatisering is.
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Mechanisatie= machines maken het werk van mensen lichter.
Slide 13 - Diapositive
Mechanisatie
Aanleg Birma Railroad (1942)
Aanleg Betuwelijn (2005)
machines nemen het zware werk van mensen over
Slide 14 - Diapositive
Automatisering= als computers de productie aansturen.
Slide 15 - Diapositive
Automatisering
Typemachine
Laptop
computer(programma's) sturen de productie aan
Slide 16 - Diapositive
Wat is voor een bedrijf een gevolg van mechanisatie en automatisering? Kies 2 antwoorden.
A
Er zijn minder werknemers nodig om te produceren.
B
Met evenveel werknemers kun je meer produceren.
C
Met evenveel werknemers kun je minder produceren.
D
Er zijn meer werknemers nodig om evenveel re produceren.
Slide 17 - Quiz
Leerdoel 3:
Je weet wat arbeidsproductiviteit is en hoe deze kan toenemen. (R 14)
Slide 18 - Diapositive
Vroeger
Productie met de hand.
Kostte vaak veel tijd.
Nu
Door:
Mechanisatie en
Automatisering kan meer meer producten maken in dezelfde tijd.
De arbeidsproductiviteit is gestegen.
Slide 19 - Diapositive
Arbeidsproductiviteit
= de hoeveelheid producten die een werknemer in een bepaalde tijd kan maken
Slide 20 - Diapositive
Een bedrijf produceert 150.000 spijkerbroeken per jaar. Ze hebben 300 mensen in dienst. Bereken de arbeidsproductiviteit per werknemer per jaar.
Slide 21 - Question ouverte
Een bedrijf produceert 150.000 spijkerbroeken per jaar. Ze hebben 300 mensen in dienst. Bereken de arbeidsproductiviteit per werknemer per week.
Slide 22 - Question ouverte
Een ander hoveniersbedrijf heeft afgelopen jaar 324 klussen uitgevoerd. Het bedrijf heeft drie hoveniers in dienst, die elk vier dagen per week werken. Het bedrijf is 45 weken per jaar geopend. Bereken de arbeidsproductiviteit per medewerker per dag. Rond je antwoord af op één decimaal.
Slide 23 - Question ouverte
Leerdoel 4:
Je kunt de afschrijving van een kapitaalgoed berekenen.
Slide 24 - Diapositive
Stel ik laat ze een jaar op de oprit staan en rij er niet mee. Kan ik ze voor evenveel geld verkopen als ik ze heb gekocht?
Slide 25 - Diapositive
Afschrijving =
De jaarlijkse waardevermindering van een kapitaalgoed (=een machine of gebouw)
Slide 26 - Diapositive
Merel koopt een nieuwe machine voor haar bedrijf. De aanschafprijs is € 64.800. De machine moet zes jaar meegaan. Bereken de jaarlijkse afschrijving van deze machine.
Slide 27 - Question ouverte
Leerdoelen
Je weet wat technologische ontwikkelingen zijn.
Je kunt uitleggen wat mechanisatie en automatisering is.
Je weet wat arbeidsproductiviteit is en hoe deze kan toenemen.
Je kunt de afschrijving van een kapitaalgoed berekenen.