Leerdoelen voor deze les:
• Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: ‘De Duitse bezetting en de joden vervolging.’
• Je kan uitleggen wat in Nederland veranderde tijdens de Duitse bezetting.
• Je kan uitleggen hoe de bezetting eindigde.
• Je kan uitleggen waarom en hoe Japan zijn macht uitbreidde.
• Je kan uitleggen hoe Nederlandse kolonies betrokken waren in de wereldoorlog.
• Je kan 3 gevolgen noemen van de Nederlandse capitulatie op 15 mei 1940.
• Je kan uitleggen wat censuur is.
• Je kan uitleggen wat propaganda is.
• Je kan uitleggen wat gelijkschakeling is.
• Je kan 3 voorbeelden noemen hoe het gedrag van de Duitsers in Nederland veranderde.
• Je kan 3 voorbeelden noemen hoe Nederlands in verzet kwam.
• Je kan 3 oorzaken noemen van de hongerwinter.
• Je weet wanneer de oorlog eindigde in Nederland.
• Je kan 3 oorzaken noemen van de Japanse veroveringen.
• Je weet de 2 belangrijkste gebeurtenissen wanneer de oorlog begon in Azië.
• Je kan 3 voorbeelden noemen hoe de Japanners bezette gebieden uitbuitte.
• Je kan 2 belangrijke oorzaken noemen voor de capitulatie van Japan in 1945.
• Je weet wanneer de oorlog eindigde in Azië.
• Je kan uitleggen wat er met de volgende slagzin bedoeld wordt: ‘Azië voor Aziaten.’
• Je kan 2 voorbeelden noemen hoe Europese inwoners van Nederlands-Indië werden (mis)gebruikt.
• Je weet welke bijdrage Suriname leverde aan de geallieerde oorlogsindustrie.
• Je weet welke bijdrage Curaçao leverde aan de geallieerde oorlogsindustrie.