P1 Kern Les 67 Samenstellingen - aaneenschrijven

Programma van de les 

Programma:
  • Aanwezigheid
  • Presentatie
  • Huiswerk nakijken
  • Samenstellingen

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Programma van de les 

Programma:
  • Aanwezigheid
  • Presentatie
  • Huiswerk nakijken
  • Samenstellingen

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je leert wanneer woorden aan elkaar of los geschreven worden.
  • Je kunt zelf correcte samenstellingen maken en fouten verbeteren.
  • Je kunt uitleggen hoe de betekenis van een tekst kan veranderen door fouten met samenstellingen.

Slide 2 - Diapositive

Samenstellingen - aaneenschrijven

Slide 3 - Diapositive

Wat is de betekenis van deze kop?

Aanbieding: Konijnen bouten in pruimensaus.

Hoofd commandant op politiebureau afgeleverd.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is het verschil tussen:
Wat een prachtige rode wijnglazen.
Wat een prachtige rodewijnglazen.

Slide 6 - Question ouverte

Wat is juist?
A
Ik heb stofgezogen.
B
Ik heb gestofzuigd.
C
Ik heb stof gezogen.

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Wat is juist?
A
bom melding
B
bommelding

Slide 10 - Quiz

Wat is juist?
A
prof voetballer
B
profvoetballer

Slide 11 - Quiz

Wat is juist?
A
plattegrond
B
platte grond

Slide 12 - Quiz

Wat is juist?
A
sport outfit
B
sportoutfit

Slide 13 - Quiz

Wat is juist?
A
feelgoodmovie
B
feel good movie
C
feelgoodmovie

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Wat is juist?
A
kennis making
B
kennismaking

Slide 16 - Quiz

Wat is juist?
A
samen stelling
B
samenstelling

Slide 17 - Quiz

Wat is het verschil:
oude kaaskroket
oudekaaskroket

Slide 18 - Question ouverte

Wat is het verschil:
oude kaaskroket
oudekaaskroket

Slide 19 - Question ouverte

Wat is het verschil:
haar klemmen
haarklemmen

Slide 20 - Question ouverte

Is het onderstaande woord goed gespeld?
driegangendiner
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

Is het woord goed gespeld?

licht geel
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quiz

Is het woord goed gespeld?
daar vandaan
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quiz

Is het woord goed gespeld?

Kennis making
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk nakijken
Maken opdracht 9 t/m 13 op blz. 130 en oefening 2 t/m 10 op blz. 132. 

Slide 27 - Diapositive