Feit, mening, argument

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, vwo
• Leerjaar 2

Welkom bij Nederlands. Zet je tas tegen de gele muur en leg je spullen op je tafel en maak de begintaak in stilte!!

Begintaak: Feit of mening? Schrijf op! 

1. De Dikke Van Dale is het beste woordenboek.

2. Nederlands is niet moeilijk, gewoon even oefenen.

3. Grammatica is leuk.

Theorie 

Wat kan ik straks? Aan het eind van deze opdracht kun je:

- uitleggen wat een feit, een mening en een argument is.

- in een tekst onderscheid maken tussen feiten en meningen.

Feiten: een feit kun je controleren.

Meningen: een mening is iets wat iemand vindt.

Argumenten: uitleg waarom iemand iets vindt.

Feit

1. Noem een feit

een feit:

Mening

1. Noem een mening

een mening:

Argument

1. Noem een argument

een argument:

Moeten we misschien iets minder vlees eten?

Opdracht 

Je telefoon mag even aan de kant.

Je gaat naar een uitzending kijken van 'Zondag met Lubach'.

Na afloop maken we de vragen.

Na het filmpje gaan we de antwoorden bekijken en bepreken. 

Welke redenen/argumenten geeft de media om minder vlees te eten?

Zijn deze argumenten waar?

1. ja
2. nee

Welke argumenten geeft Lubach om minder vlees te eten?

Zijn deze argumenten gebaseerd op feiten of is dit zijn eigen mening?

1. feiten
2. eigen mening

opdracht (tweetallen of alleen)

- zoek in tweetallen naar een nieuw argument waarom er minder vlees gegeten moet worden.

Zoek een tegenargument waarom er juist wel vlees gegeten moet worden.

Is je mening hetzelfde of veranderd?

Huiswerk: maken 

opdracht 1 blz. 25