Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Les Politiek
Slide 1 - Diapositive
Beste Kyle en Daan,
Zoals afgesproken een les voor jullie, met onderdelen van niv 4 erin om de lessen iets uitdagender voor jullie te maken.
Succes en ik hoor graag of dit meer passend is bij jullie niveau!
Gr Marije
Slide 2 - Diapositive
Verkiezingstijd
Het is weer verkiezingstijd. Tijd om te stemmen voor de landelijke verkiezingen! Spannend dit jaar, want veel mensen zullen hun keuze anders maken vanwege de coronamaatregelingen. Deze coronacrisis maakt deze periode toch anders.
Slide 3 - Diapositive
Weet je al op wie je wilt gaan stemmen? (als je mag stemmen) Vertel op welke partij en waarom
Slide 4 - Question ouverte
Denk je dat kiezers door corona andere keuze maken? Geef een voorbeeld?
Slide 5 - Question ouverte
Politieke campagnes
Voor de verkiezingen voeren de politieke partijen campagne. Hierdoor willen de partijen zo populair mogelijk worden onder de mensen die mogen stemmen. Ze maken dus eigenlijk reclame over zichzelf. Ze voeren campagne door bijvoorbeeld reclamespotjes over zichzelf te maken of door met andere partijen in de debat te gaan.
Ze willen jou overhalen om op hen te stemmen.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Dit is een voorbeeld van de VVD
Zoek de reclame/ campagne van een politieke partij op en kijk of jij je hierin kan vinden. Zet voor jezelf of een rijtje wat je juist goede en wat je juist minder goede standpunten vind. Je mag ook een partij kiezen waar je absoluut niet op zou stemmen maar je gewoon nieuwsgierig naar bent. Geef je antwoord in het volgende vak..
Slide 8 - Diapositive
Antwoord
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Vidéo
Links en rechts
Links en rechts heeft te maken met de economie.
Links: minder economische vrijheid. Voor een grotere overheid. Meer gelijkheid in Nederland. De burgers werken ook voor anderen.
Rechts: Meer economische vrijheid. Kleinere overheid. Burgers hebben recht op wat zij zelf verdienen. Mensen zorgen meer voor zichzelf.
Slide 11 - Diapositive
Progressief en conservatief
Progressief en conservatief heeft te maken met cultuur.
Progressief: veranderingsgezind of vooruitgaan. Je bent voor verandering. Je staat open voor andere culturen en gewoontes (multicultureel).
Conservatief: Behoudend of tegen verandering. Normen en waarden van een land niet veranderen. De eigen cultuur is belangrijker. Het is over het algemeen nationalistischer.
Slide 12 - Diapositive
De opdracht
Straks krijgen jullie een aantal stellingen of standpunten in de volgende dia's te zien. Bedenk welke kwadrant bij de stelling hoort (links, rechts, progressief of conservatief).
Slide 13 - Diapositive
"Rijken moeten meer belasting betalen".
A
Dit is links.
B
Dit is rechts.
Slide 14 - Quiz
"Rijkdom moet eerlijk verdeeld worden".
A
Dit is links.
B
Dit is rechts.
Slide 15 - Quiz
"We moeten meer geld investeren om het klimaat te redden
A
Conservatief
B
Progressief
Slide 16 - Quiz
"Onze cultuur wordt ons afgenomen, zwarte Piet mag niet uit onze samenleving verdwijnen"
A
Conservatief
B
Progressief
C
D
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Diapositive
Waar staat jouw partij(die je hebt opgezocht bij de vorige opdracht) in de schema hierboven? Leg uit aan de hand van de standpunten waarom het daar staat...