Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
metriek stelsel
In deze lesson-up ga je oefenen met het metriekstelsel, schrijf de opgave in je schrift over, zodat je ze kan nakijken.
Slide 1 - Diapositive
metriek stelsel algemeen
Slide 2 - Diapositive
basis
Slide 3 - Diapositive
metriek stelsel lengte
1 cm = 10 mm
Afstand / lengte:
Slide 4 - Diapositive
metriek stelsel lengte
120 cm = ....................m
5,6 km = .....................m
8,0 dm = ....................mm
149,3 mm = .................dam
Slide 5 - Diapositive
antwoorden metriek st. lengte
120 cm = 1,20 m
5,6 km = 5.600 m = 5,6 x 10^3 m
8,0 dm = 800 mm = 8,0 x 10^2 mm
149,3 mm = 0,01493 dam
Slide 6 - Diapositive
Reken om:
1,7km = ................Dam
Slide 7 - Question ouverte
Reken om:
289 dm = ................hm
Slide 8 - Question ouverte
metriek stelsel massa
Massa:
Slide 9 - Diapositive
metriek stelsel massa
250 g = ......................kg
34 dg = ....................hg
800 mg = .................g
7.900 cg = ..................kg
Slide 10 - Diapositive
antwoorden metriek st. massa
250 g = 0,250 kg
34 dg = 0,034 hg
800 mg = 0,800 g
7.900 cg = 0,07900 kg
Slide 11 - Diapositive
Reken om:
0,25 kg = ....................dg
Slide 12 - Question ouverte
Reken om:
4793 mg = ....................g
Slide 13 - Question ouverte
metriek stelsel volume / inhoud
volume:
Slide 14 - Diapositive
metriek stelsel volume / inhoud
80 dL = ................... kL
33 cL = ....................L
1.500 mL = .................L
2,5 daL = .................. kL
Slide 15 - Diapositive
antwoorden metriek st. volume
80 dL = 0,0080 kL
33 cL = 0,33 L
1.500 mL = 1,500 L
2,5 daL = 0,025 kL
Slide 16 - Diapositive
Reken om:
0,0033kL = ................mL
Slide 17 - Question ouverte
Reken om:
68 cL = ................daL
Slide 18 - Question ouverte
medium
Slide 19 - Diapositive
metriek stelsel oppervlakte en inhoud
Slide 20 - Diapositive
metriek stelsel oppervlakte
3.570 mm^2 = ..................... m^2
0,091 hm^2 = ..................... dm^2
39.850 cm^2 = ...................dam^2
0,67 km^2 = .....................m^2
Slide 21 - Diapositive
metriek stelsel oppervlakte
3.570 mm^2 = 0,003570 m^2
0,091 hm^2 = 91.000 dm^2 = 9,1 x 10^4 dm^2
39.850 cm^2 = 0,039850 dam^2
0,67 km^2 = 670.000 m^2 = 6,7 x 10^5 m^2
Slide 22 - Diapositive
Reken om:
115,7 cm2 = ................... hm2
Slide 23 - Question ouverte
Reken om:
3,4 m2 = ................... mm2
Slide 24 - Question ouverte
metriek stelsel inhoud
1,8 m^3 = ..................... mm^3
7.750 dm^3 = ..................... m^3
3.401,6 cm^3 = ...................hm^3
0,0058 km^3 = .....................cm^3
Slide 25 - Diapositive
metriek stelsel inhoud
1,8 m^3 = 1.800.000.000 mm^3 = 1,8 x 10^9 mm^3
7.750 dm^3 = 7,750 m^3
3.401,6 cm^3 = 0,0000000034016 hm^3
0,0058 km^3 = 5.800.000.000.000 cm^3 = 5,8 x 10^12 cm^3
Slide 26 - Diapositive
Reken om:
252 dm3 = .................. hm3
Slide 27 - Question ouverte
Reken om:
3,81 km3 = .................. m3
Slide 28 - Question ouverte
gevorderd
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
metriek stelsel inhoud/volume
2,8 L = ................... dm^3
4.980.000 mL = .....................dam^3
3,0 m^3 = ........................ cL
708,2 hm^3 = .......................kL
Slide 31 - Diapositive
antwoorden metriek st. inhoud/volume
2,8 L = 2,8 dm^3
4.980.000 mL = 0,004980000 dam^3
3,0 m^3 = 300.000 cL = 3,0 x 10^5 cL
708,2 hm^3 = 708.200.000 kL = 7,082 x 10^8 kL
Slide 32 - Diapositive
Reken om:
4,6 dm3 = .............L
Slide 33 - Question ouverte
Reken om:
369000 mm3 = .................L
Slide 34 - Question ouverte
Reken om:
6253 cL = ................. dam3
Slide 35 - Question ouverte
Metriek stelsel met andere eenheden
Eigenlijk maak het niet uit of je nu grammen, liters of meters hebt; elke eenheid werkt met het metriek stelsel: Probeer de volgende opgaven eens te maken met eenheden die je zelf nog niet kent!
Slide 36 - Diapositive
metriek stelsel volt
10.000 V = .................. kV
0,024 kV = .....................V
230V = .................... mV
1.500 mV = ..................V
Slide 37 - Diapositive
antwoorden metriek stelsel volt
10.000 V = 10,000 kV (=10V)
0,024 kV = 24 V
230V = 230.000 mV = 2,3 x 10^5 mV
1.500 mV = 1,500 V (=1,5V)
Slide 38 - Diapositive
metriek stelsel ampere
250 mA = .................. A
0,085 A = .................... mA
Slide 39 - Diapositive
antwoorden metriek st. ampere
250 mA = 0,250 A
0,085 A = 85 mA
Slide 40 - Diapositive
master
Deze opgaven laten je oefenen met gecombineerde eenheden. Het valt buiten de toetsstof voor het SO, maar kan wel een goede oefening zijn voor het begrip.