Natuurkunde 2.1 Elektrische stroom

2.1 Elektrische stroom
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

2.1 Elektrische stroom

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les
Je weet welke letter gebruikt wordt voor stroomsterkte
Je weet wat de eenheid van stroomsterkte is
Je weet het verschil tussen een serie en een parallelschakeling
Je weet hoe je een stroommeter aansluit (serie of parallel)
Je weet hoe de stroomsterkte in een serieschakeling loopt
Je weet hoe de stroomsterkte in een parallelschakeling loopt
Je kunt de totale stroomsterkte berekenen
Je weet wat er gebeurt als je een lampje losdraait in een serie en een parallelschakeling
Je kunt de stroomsterkte omrekenen van A naar mA en andersom

Slide 2 - Diapositive

model voor stroomkring

Slide 3 - Diapositive

De cv ketel (pomp) in de cv installatie is te vergelijken met .... in de stroomkring
A
de snoeren
B
de schakelaar
C
spanningsbron
D
het lampje

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Diapositive

Welke schakeling is FOUT?

A
A
B
B
C
C

Slide 6 - Quiz

Stroomsterkte in serieschakeling
Stroom is in een serieschakeling overal gelijk!!!

Slide 7 - Diapositive

Stroomsterkte in een parallelschakeling
De stroom kan meer dan 1 route
kiezen!!
Totale stroomsterkte:  
Tel alle stroomsterktes op!!!!

Slide 8 - Diapositive

Staat deze schakeling in serie of parallel?
A
serie
B
parallel

Slide 9 - Quiz

Wat gebeurt er als je in een serieschakeling een lampje losdraait?

A Alle lampjes gaan uit.
B Alleen het losgedraaide lampje gaat uit.
A
A
B
B

Slide 10 - Quiz

Wat gebeurt er als je in een parallelschakeling een lampje losdraait?

A Alle lampjes gaan uit.
B Alleen het losgedraaide lampje gaat uit.

A
A
B
B

Slide 11 - Quiz

Omrekenen A naar mA




3 A = 3000 mA
25 mA = 0,0025 A

Slide 12 - Diapositive

Reken uit:
0,005 A = .........mA

Slide 13 - Question ouverte

Reken uit:
183 mA = ........ A

Slide 14 - Question ouverte

Aan het einde van deze les:
Je weet welke letter gebruikt wordt voor stroomsterkte
Je weet wat de eenheid van stroomsterkte is
Je weet het verschil tussen een serie en een parallelschakeling
Je weet hoe je een stroommeter aansluit (serie of parallel)
Je weet hoe de stroomsterkte in een serieschakeling loopt
Je weet hoe de stroomsterkte in een parallelschakeling loopt
Je kunt de totale stroomsterkte berekenen
Je weet wat er gebeurt als je een lampje losdraait in een serie en een parallelschakeling
Je kunt de stroomsterkte omrekenen van A naar mA en andersom

Slide 15 - Diapositive

Nu in STILTE maken
Blz 50 t/m 54

Slide 16 - Diapositive